Kwaliteitsstandaard Anorectale Malformatie
62 Als hulpmiddelen bij incontinentie kunnen incontinentieverbanden en anaaltampons gebruikt worden om de ontlasting op te vangen. De anaaltampon kan worden ingebracht met wat vaseline of glijmiddel en eventueel kan een speciale applicator worden gebruikt. De anaaltampon houd ontlasting en geurtjes tegen, en neemt gas op. Anaaltampons worden niet aangeraden bij baby’s en peuters. Incontinentie voor urine Aandoeningen van het urinewegsysteem bij patiënten met ARM zijn op zijn minst even serieus en complex als de gastro-intestinale problemen en veroorzaken meer problemen dan fecale incontinentie gedurende de lange termijn follow-up 103 . Anorectale dysfunctie heeft een negatief effect op de QoL bij patiënten met ARM, maar veroorzaakt geen levensbedreigend complicaties. Vesicoureterale dysfunctie kan naast een negatief effect op de QoL ook permanente schade geven aan andere organen (pyelonefritis, hypertensie, nierinsufficiëntie) 103,37 . Veel ARM patiënten hebben een dysfunctie van de lagere urinewegen die urologische problemen kan geven zoals incontinentie. Urine-incontinentie kan veel stress opleveren bij kinderen en volwassenen, en kan een negatieve impact hebben op de eigenwaarde. De incontinentie is per patiënt verschillend en heeft een individueel bepaalde behandeling nodig: • Bij complexe ARM is soms operatief ingrijpen op urologisch gebied nodig om de incontinentie te behandelen/verminderen. • Verder is er een groep patiënten die gebruik maakt van intermitterend katheteriseren. • Soms wordt anticholinerge medicatie gegeven. (NB dit kan obstipatie geven) • Voor behandeling van de urine-incontinentie is multidisciplinaire samenwerking nodig van de (kinder-)uroloog, verpleegkundig (kinder-)specialisten, de (kinder-)fysiotherapeut en de (kinder- )psycholoog. De op maat gesneden therapie kan onder andere bestaan uit het reguleren van de vochtintake en plasfrequentie, toename van de maximum plasvolume als een normaal plaspatroon is bereikt, en behandeling van obstipatie indien nodig. Van belang zijn onder andere: • Goede informatie over functie blaas en blaaslediging (bijvoorbeeld door te demonstreren hoe een blaas zich vult en ledigt (ballon)). • Uitleg over negatieve invloed van bijvoorbeeld haastig plassen. • Beste houding op de WC voor het plassen/bij jonge kinderen een voetenbankje op de WC. • Een persoonlijk plasdagboek om plaspatronen in kaart te brengen (tijden en volume van plassen, tijden van continente perioden, vochtintake, tijden van defecatie en eventuele episodes van soiling). • Uroflowmetrie bij trainingssessie om de mogelijkheid tot ontspannen van de bekkenbodem van kind/volwassene te bepalen. • Leefstijladviezen. Adviezen ten aanzien van individueel bepaalde plas- en drinkschema’s gebaseerd op individueel geanalyseerde dagelijkse routines. Eventueel een alarmhorloge als hulpmiddel. Tevens adviezen ten aanzien van regelmatige ontlasting, gecombineerd met toediening van laxeermiddelen indien nodig. • Ondersteuning en aanmoediging.
RkJQdWJsaXNoZXIy Mjc2MDM=