Kwaliteitsstandaard atypische parkinsonismen

Pagina 85 o Levodopa: De meeste patiënten reageren niet of slechts tijdelijk op levodopa. Bij de ZvP kan aanvullen van het dopaminetekort de symptomen van de ziekte lange tijd goed onderdrukken. Medicijnen die het dopaminetekort aanvullen (levodopa) hebben helaas minder effect bij AP. Een aantal mensen kan toch reageren op deze medicijnen. Daarom zullen deze medicijnen vrijwel altijd een bepaalde periode worden geprobeerd. Wanneer ze de klachten en symptomen niet verminderen worden ze weer afgebouwd. Behandeling is dan vooral gericht op het behouden van functies en verbetering van kwaliteit van leven. Om te bepalen of levodopa effectief is, moet de behandeling tenminste drie maanden geprobeerd worden met een dosering van minimaal 1000 mg levodopa per dag. Bijwerkingen als orthostatische hypotensie, dystonie, hyperseksualiteit en dyskinesieën kunnen voorkomen. Misselijkheid kan bestreden worden met domperidon (maximaal 3 dd 10 mg, met ECG-controle vanwege een verhoogd risico op verlengd QT-interval (referentiewaarden: <450ms is geen verhoogd risico, >500 ms is contra-indicatie, tussen 450-500 ms is extra controle na starten nodig )). Wanneer de patiënt overstapt op een ander dopaminergicum, hoeft de levodopa niet eerst afgebouwd te worden. o Amantadine: verbetert bij een deel van de MSA- en PSP-patiënten de motorische klachten, meestal tijdelijk. Bijwerkingen als droge mond, obstipatie, hallucinaties en verwardheid komen regelmatig voor. Bij staken van amantadine na langdurig gebruik moet langzaam worden afgebouwd. o Amitriptyline, SSRI’s, dopamine-agonisten, noradrenergica en GABA-erge medicatie: kunnen bewegingsstoornissen verminderen. Tremor Adviseer de patiënt uitlokkende factoren te vermijden, zoals stress, roken, alcohol en koffie. Levodopa, dopamine-agonisten (maar ook medicijnen zoals amantadine, clonazepam, oxazepam en niet-selectieve bètablokkers als propranolol) kunnen tremoren verminderen. • Levodopa is het middel van eerste keus bij de behandeling van een rusttremor of re-emergent posturele tremor. Vaak zijn relatief hoge doseringen nodig. • Indien onvoldoende effect van Levodopa overweeg (bij)starten van Propranolol (heeft met name effect op een “gewone” posturele tremor, niet op de rusttremor) of een andere bètablokker. Bij patiënten met veel stress / emoties kan propranolol waarschijnlijk ook een effect hebben op rusttremor. • Bij onvoldoende effect overweeg een proefbehandeling met clozapine, startdosering 6.25 mg 1 dd, ophogen op geleide van bijwerkingen (gemiddeld tot 12.5 – 25 mg/dag) (NB denk aan labcontroles). • Of indien de patiënt jonger is dan 65 jaar: overweeg bijstarten van een dopamine agonist of anticholinergicum. • Overige middelen: ‒ Botulinetoxine ‒ Anti-epileptica (zoals primidon en topiramaat) ‒ Benzodiazepinen, calciumantagonisten. Chirurgische ingrepen en ‘deep brain stimulation’ zijn niet effectief. NB overweeg verwijzing naar een ergotherapeut voor adviezen en behandeling. Tremoren kunnen veel invloed hebben op het dagelijks functioneren. Tijdens ergotherapie wordt aandacht besteed aan compensatie strategieën gericht op tremoren. De patiënt leert zijn handelen aan te passen om daarmee optimaal te kunnen functioneren.

RkJQdWJsaXNoZXIy Mjc2MDM=