Kwaliteitsstandaard atypische parkinsonismen

Pagina 117 Toelichting en onderbouwing Bij AP wordt aanbevolen om vergelijkbare ergotherapeutische behandeling als bij de ZvP te geven, zoals beschreven in de Richtlijn Ergotherapie bij Parkinson, maar den met specifieke individuele afstemming en aanpassing van de behandeling. Over het algemeen richt de ergotherapie zich bij AP, gezien de snelle en grillige progressie, sneller op compensatie strategieën dan bij ziekte van Parkinson. Er is wetenschappelijke evidentie voor positieve effecten van ergotherapie bij de ZvP. [139] Sociale en maatschappelijke participatie vergroten Ergotherapie is erop gericht om de sociale en maatschappelijk participatie van mensen met AP te vergroten of zo lang mogelijk in stand te houden en om de veiligheid (o.a. valpreventie) te verbeteren. Door lichamelijke en/of mentale problemen bij AP kunnen mensen in toenemende mate problemen ervaren bij het uitvoeren van dagelijkse, betekenisvolle activiteiten. Dit kan zich bijvoorbeeld uiten in problemen met: - het douchen, het aan- en uitkleden, tanden poetsen, scheren, - het eten- en drinken, - de zorg voor gezinsleden en/of huisdieren, - werk, studie, - het gebruik van een computer of andere apparaten, - schrijven, - uitvoeren van hobby’s, zoals tuinieren, klussen, - reizen, o.a. auto rijden, erop uit gaan, - sociale contacten. Ergotherapie ondersteunt bij problemen in het dagelijkse functioneren. Dit kan gaan om beperkingen tijdens het uitvoeren van activiteiten, maar ook bijvoorbeeld bij vermoeidheid (zi e Ergotherapie bij vermoeidheidsklachten ) en pijn (zi e Ergotherapie bij pijnklachten ) of moeite hebben met het plannen en verdelen van activiteiten over de dag (zie Ergotherapie bij cognitieve veranderingen ) . Alle voor de patiënt en naasten betekenisvolle activiteiten kunnen onderwerp zijn van de therapie. Voor de patiënt relevante context: Het wordt aanbevolen ergotherapie plaats te laten vinden op de plek waar de problemen zich voordoen. Het doornemen en oefenen van activiteiten vindt zoveel mogelijk plaats binnen de voor de patiënt relevante context. Dat is vaak in de thuissituatie op de werkplek. Signalerende rol: Omdat een ergotherapeut betrokken is bij het dagelijks functioneren van de patiënt en diens naasten, in hun eigen leefomgeving, heeft de ergotherapeut een breed beeld van de problematiek die speelt. Daarmee heeft de ergotherapeut een belangrijke signalerende rol t.a.v. indicatie- en interventie door medebehandelaars. Zo heeft de ergotherapeut een beeld van de wisselingen in het functioneren (motorische fluctuaties, on/off fasen, wearing off) gedurende de dag en kan deze informatie terug koppelen naar medebehandelaars, zoals de neuroloog en parkinsonverpleegkundige. Ergotherapeutische interventies algemeen • Motiveren tot verandering: Binnen de ergotherapie wordt gebruik gemaakt van gesprekstechnieken uit “ Motivational Interviewing” (MI) . MI is bewezen effectief. De technieken ondersteunen bij het tot stand brengen van gedragsveranderingen die nodig zijn om het functioneren te optimaliseren. Doelgericht wordt gewerkt aan

RkJQdWJsaXNoZXIy Mjc2MDM=