102
Aandachtspunt 9:
Overdracht van taken en verantwoordelijkheden vindt expliciet plaats. Bij de inrichting van
overdrachtsmomenten is van belang om zowel rekening te houden met bij overdrachtssituaties in het
algemeen veel voorkomende risico’s als met eventuele specifieke kenmerken van de cliëntsituatie.
Aandachtspunt 10:
Waar nodig voor een goede zorgverlening wordt in situaties van samenwerking in de zorg voorzien in
controlemomenten (overleg, evaluatie).
Aandachtspunt 11:
De cliënt of diens vertegenwoordiger wordt intensief betrokken bij de ontwikkeling en uitvoering van
het zorg- of behandelplan. De eigen verantwoordelijkheid van de cliënt in relatie tot het zorgproces
wordt zoveel mogelijk gestimuleerd. Elke zorgverlener bespreekt met de cliënt ook diens ervaringen
met het samenwerkingsverband.
Aandachtspunt 12:
Afspraken die door samenwerkingspartners worden gemaakt over de aard en inrichting van de
samenwerking en over ieders betrokkenheid worden schriftelijk vastgelegd.
Aandachtspunt 13:
Met betrekking tot incidenten (waaronder begrepen fouten) geldt het volgende:
naar de cliënt wordt over incidenten openheid betracht;
incidenten worden gemeld op een binnen het samenwerkingsverband afgesproken centraal
punt;
een aan het samenwerkingsverband deelnemende zorgverlener die in de ogen van een of meer
collega’s niet voldoet aan de normen voor verantwoorde zorg, wordt door hen daarop
aangesproken.