Previous Page  72 / 105 Next Page
Information
Show Menu
Previous Page 72 / 105 Next Page
Page Background

70

10. Craniofrontonasaal

syndroom

(Craniosynostose als

onderdeel van een

syndroom)

Kenmerken die kunnen voorkomen

Schedel en hersenen

• Een- of tweezijdige verbening van

kroonnaad.

• Te vroeg gesloten voorhoofdsnaad.

Ogen en voorhoofd

• Opvallende verticale botrichel in het midden

van het voorhoofd en deuken aan de zijkant

ervan (wigvorm van het voorhoofd).

• Bovenranden van de oogkassen zijn naar

achteren afgevlakt en de ogen staan iets te

dicht bij elkaar (hypotelorisme).

• Binnenste ooghoeken kunnen afgedekt zijn

door een verticale huidplooi (epicanthus).

• Wijd uit elkaar staan van de ogen, brede

neusrug (hypertelorisme).

Neus en midden aangezicht

• Gespleten neuspunt.

• Verticale gleuf op de neustip (bifide neustip)

met soms een lipspleet.

SCHEDEL

HERSENEN

OGEN

VOORHOOFD

(Vervolg op pagina 71)

NEUS

MIDDEN AANGEZICHT