Previous Page  52 / 105 Next Page
Information
Show Menu
Previous Page 52 / 105 Next Page
Page Background

50

B

Woord/begrip

Betekenis

weefselsoort in het lichaam die de

andere weefsels of organen verbindt

en ondersteunt

laagstaand bovenooglid

ook wel pijlnaad synostose of

scaphocephalie

onregelmatig buigen van één of

meerdere vingers

Een aangeboren afwijkende ligging

van de hersenen. Het onderste stukje

van de kleine hersenen ligt hierbij niet

meer in de schedel, maar reikt tot in

het wervelkanaal

.

onder het netvlies van het oog bevindt

zich het vaatvlies, in dit vaatvlies

bevinden zich plooien die mogelijk

zichtbaar zij

n

een drager van een deel van het

erfelijk materiaal

kromming van vingers of tenen

spleet in het onderooglid

ook wel synostose van twee of meer

schedelnaden

gehoorverlies dat wordt veroorzaakt

door een afwijking in het geleidende

deel (gehoorgang, middenoor) van het

auditieve systeem

bindweefsel

blepharoptosis

bootschedel

camptodactylie

Chiari I malformatie

chorioideaplooien

chromosoom

clinodactylie

coloboom

complexe craniosynostose

conductief gehoorverlies

C

(Vervolg van pagina 49)

(Vervolg op pagina 51)

= terug naar de pagina