Previous Page  15 / 21 Next Page
Information
Show Menu
Previous Page 15 / 21 Next Page
Page Background

Congenitale melanocytaire naevi

·

·

Medisch Paspoort

Het Medisch Paspoort

( de Med1Pas

)

werkt met het Persoonlijk GezondheidsDossier. Dit

PGDmaakt de patiënt op de beveiligde website zelf

aan en vult hij met zijn medische gegevens. Deze

gezondheidsgegevens worden vervolgens op het paspoort

geplaatst. Het Medisch Paspoort heet de Med1Pas. Deze

pas heeft een handig creditcard-formaat. De Med1Pas is

wereldwijd te gebruiken en door het ICE logo (In Case of

Emergency) door alle hulpverleners te herkennen.

·

·

Expertise ouders en/of patiënt

Patiënten met CMN

kunnen zelf het beste uitleggen welke hulp zij nodig

hebben en hoe deze het best wordt gegeven. Ouders zijn in

veel gevallen de experts. Neem de expertise van de ouders

mee bij verwijzing, ondersteuning en behandeling van

CMN.

·

·

Verwijzingen

Het is van belang bij verwijzingen altijd de

diagnose CMN en de eventuele complicaties en problemen

te vermelden. Geef eventueel de huisartsenbrochure

of de brief met verwijzing naar de huisartsenbrochure

mee bij een verwijzing naar andere (para)medici in de

eerstelijnszorg.

·

·

Verwijzing naar expertisecentrum

De huisarts verwijst

voor behandeling naar een ziekenhuis met kennis van CMN

of een expertisecentrum, zie

Consultatie en verwijzing .

·

·

Coördinatie van zorg

is een taak van de regievoerend arts.

Vraag de patiënt met CMN en /of naasten of er aspecten

zijn die aandacht behoeven.

·

·

Nazorg na behandelingen en operaties

Zuigelingen

die een ingreep van de huid hebben ondergaan, kunnen

veel pijn hebben en meer huilen. Ondersteun ouders

hierbij en zorg ook voor eventuele verlichting van de pijn

van het kind. Vraag hierbij naar eerder gegeven adviezen

voor pijnbestrijding van de behandelend specialist, en

beoordeel of deze adviezen voldoende zijn; neem zo nodig

contact op met een behandelaar uit het expertisecentrum.

Sluit met anamnese en onderzoek uit of er ander oorzaken

voor het huilen zijn. Bespreek troostmethodes of verwijs

hiervoor naar het consultatiebureau.

·

·

Verzorging

Ouders van kinderen met CMNweten

vaak door ervaring beter dan de professionals hoe de

naevus/het littekenweefsel reageert op middelen en

wat zij het beste kunnen doen. De ervaringen van ouders

hebben praktische adviezen en hulpmiddelen voor de

verzorging van de huid bij CMN bij baby’s, kinderen en

jongvolwassenen opgeleverd. Via lotgenotencontact van

de patiëntenvereniging kunnen ouders met een kind met

CMN adviezen krijgen. Zie

Consultatie en verwijzing .

·

·

Verzorging naevus

Zie bij

Beleid, Verzorging van de naevus- en/of littekenhuid .

Schrijf verzorgende en

jeukstillende crèmes en medicatie voor, en verwijs waar

nodig naar een huidtherapeut. Corticosteroïdcrème of -zalf

helpt tegen de jeuk.

·

·

Wondverzorging

Alhoewel wondverzorging en

wondcontrole na chirurgisch ingrijpen vaak in het

ziekenhuis zullen plaatsvinden, ligt hier ook een taak

voor de huisarts. Veel patiënten zullen te ver van een

expertisecentrumwonen om er steeds naar toe te gaan.

De huisarts heeft hierbij laagdrempelig overleg met de

behandelend specialist. Er zijn een aantal belangrijke

aspecten:

-- Het is belangrijk om te weten dat er na het inbrengen

van een ‘tissue expander’ vaak vocht tussen de

hechtingen uitkomt. Dit kan de hechtingen week

maken. De huisarts kan ouders/patiënten advies geven,

verbandmiddelen voorschrijven en de patiënt en/of

ouders geruststellen.

-- De ‘tissue expander’ is een vreemd lichaam, dus soms

kan de huid rondom gaan ontsteken en zijn antibiotica

nodig. Ook kan door ontsteking voortijdige verwijdering

van de ‘tissue expander’ nodig zijn. De huisarts is

alert op ontstekingen en neemt contact op met de

hoofdbehandelaar bij ontstekingen.

-- Wonden op bijvoorbeeld de billen kunnen vaak zeer

lange tijd openblijven, kinderen hebben jeuk en blijven

krabben. Hierdoor kan een kind soms lange tijd niet

meedoen met activiteiten zoals bijvoorbeeld zwemmen.

De huisarts kan hierbij adviseren en bijvoorbeeld tweede

huid pleisters voorschrijven.

-- Bij langdurig open wonden bevelen patiënten met name

transparante zelfklevende polyurethaan wondfolie aan

voor de bescherming van niet-vochtafgevende wonden.

De wondfolie is zelfklevend, semipermeabel, en de wond

kan genezen zonder korstvorming en wondverweking.

De wondfolie voegt zich naar het lichaam. Hierbij geven

patiënten nog als tip om het rubberen kantje te laten

zitten. Dit randje is flexibel en door het te laten zitten,

zorgt het ervoor dat de pleister niet aan kleding gaat

plakken.

-- Absorberend verband, met aan één kant een plastic

laagje, helpt tegen doorlekken in bed.

-- Adviseer om op te passen met pleisters. De huid van CMN

is heel gevoelig. Als fixatiepleisters nodig zijn adviseer

dan om zachte fixatiepleisters te gebruiken.

·

·

Bij ernstige complicaties

Bied bij NCMmet ernstige

symptomen en bij de diagnose melanoom goede

ondersteuning en begeleiding. Blijf goed overleggen met de

hoofdbehandelaar. Bij ernstige neurologische symptomen

met mogelijke slechte prognose kunnen mogelijk ook

thuiszorg, extra zorg/hulp in huis en hulpmiddelen zoals

een rolstoel nodig zijn. Begeleiding, ondersteuning en zorg

van de huisarts zijn dan belangrijk. Een verwijzing naar het

revalidatiecentrum kan ook waardevol zijn.

13