Previous Page  12 / 21 Next Page
Information
Show Menu
Previous Page 12 / 21 Next Page
Page Background

Congenitale melanocytaire naevi

de histologie en het ontstaan van maligniteiten door

laser. Op korte termijn lijkt lasertherapie effectief in het

verminderen van pigmentatie in congenitale naevi.

--

Curettage

is een pijnlijke ingreep waarbij vaak

complicaties optreden (infectie, vorming littekenweefsel,

bloedverlies). Deze schaafmethode bestaat uit het

verwijderen van een deel van de CMNmet een curette

(stompe lepel). In enkele gevallen, met name bij

reuzen CMN, wordt het nog toegepast. De toepassing

vindt plaats op zeer jonge leeftijd (1-3 maanden

na de geboorte). Dit in verband met een mogelijk

hypothetisch klievingsvlak op deze leeftijd, en het nog

meer aan de oppervlakte liggen van de pigmentcellen bij

pasgeborenen.

--

Dermabrasie

is ook een schaafmethode waarbij

men gebruik maakt van een mechanische frees.

Men gebruikt deze techniek alleen als chirurgische

therapie niet mogelijk is. Er zijn nog te weinig goede

onderzoeksresultaten bekend.

Curettage en dermabrasie zijn voorheen vaak toegepast

in grote en reuzen CMN. Naast de hierboven al genoemde

nadelen, hebben zij als nadeel dat het geen of onvolledig

materiaal voor weefselonderzoek oplevert (om na te gaan of

het weefsel kwaadaardig is en/of volledig verwijderd) en dat

er zeer vaak recidieven zijn.

In de richtlijn wordt de voorkeur gegeven aan ‘full thickness’

technieken. De werkgroep adviseert ‘partial thickness’

technieken alleen toe te passen wanneer excisie niet

mogelijk is (vanwege de grootte) of niet wenselijk is

(vanwege een cosmetisch kwetsbare lokalisatie).

·

·

Nazorg na OK

De plastisch chirurg bepaalt het

postoperatief beleid.

-- Hij geeft adviezen voor de verzorging van de huid en het

littekenweefsel.

-- Hij begeleidt eventuele klachten rondomwondgenezing,

zoals een open wond, lekkage en jeuk. De huisarts is in

samenwerking met het gespecialiseerde team de meest

geschikte persoon om tussentijds acute of algemene

problemen op te vangen en zo nodig door te verwijzen.

-- Na operatie en genezing van de wond blijft een goede

controle door de dermatoloog belangrijk omdat:

·

·

niet al het naevusweefsel met zekerheid weg is;

·

·

het risico op melanoom aanwezig blijft, hoewel het

veel kleiner is;

·

·

naevuscellen kunnen terugkomen, ook als de uitslag

van het pathologisch anatomisch onderzoek aangeeft

dat de randen vrij zijn.

Verzorging van de naevus- en/of littekenhuid

Als ouders van de patiënt/patiënt in samenspraak met de

behandelend arts besluiten om een CMN niet of slechts

gedeeltelijk te verwijderen, is het van belang de naevushuid

goed te verzorgen. Ook na operatie heeft de huid goede

verzorging nodig.

De huisarts kan voor mensen met CMN van grote waarde

zijn, zeker als het ziekenhuis ver weg is. Naast problemen

door kwetsbaarheid van de naevushuid, kunnen er ook na

operaties problemen zijn (bijvoorbeeld het loslaten van een

huidflapje). Zie

Aandachtspunten voor de huisarts

.

·

·

Droge huid en jeuk

De huid bij (grotere) CMN kan erg

droog zijn. Hierbij gelden de gewone adviezen bij een droge

huid, zoals:

-- de huid reinigen met (niet te warm) water en géén zeep

of alleen PH-neutrale zeep gebruiken;

-- niet te vaak en niet te heet baden/douchen;

-- een vettende crème gebruiken zoals vaseline/lanette

crème of andere emolliens;

-- geen crèmes of zalven met parfums gebruiken;

-- ouders van patiënten geven aan dat een zalf

(bijvoorbeeld op de billen) vaak lang vettig en nat

aanvoelt, waardoor een crème beter is.

Bij sommige patiënten jeukt de moedervlek, meestal

door een droge huid of eczeem. Vaseline/lanette crème of

talkpoeder en koelen helpen hiertegen. De arts kan fenistil

druppels (antihistaminicum) of een corticosteroïdcrème

voorschrijven tegen de jeuk.

Als corticosteroïden (klasse 2 of klasse 3) worden

voorgeschreven, moet goede follow-up plaats vinden. Ook

moet men er rekening mee houden dat deze een tijdelijk

effect geven (na stoppen corticosteroïden terugkerende

klachten). De arts die corticosteroïden voorschrijft is

alert ten aanzien van de bijwerkingen van (langdurig)

corticosteroïdgebruik.

·

·

Beharing

Op de moedervlek kan meer haargroei

voorkomen. Dit kan geknipt of zonodig geschoren worden.

Het beste kan dit met een tondeuse (met een scheermes

kan irritatie ontstaan van de al kwetsbare naevushuid).

Adviseer om voorzichtig te zijn met ontharingscrèmes en

raad epileren af.

·

·

Kwetsbaarheid

De huid van een moedervlek lijkt

kwetsbaarder en gevoeliger te zijn dan gewone huid.

Wondjes kunnen normaal verzorgd worden en genezen

in het algemeen net als de normale huid. De huid kan

beschermd worden met tweede huid pleisters.

·

·

Camouflage van de CMN

Als een kind zelf camouflage van

een cosmetisch storende CMNwenst, kan men dat met

camouflerende crèmes en poeders proberen. Dit kan geen

kwaad mits de naevus mild gereinigd wordt. Het is wel

moeilijk om een donkere vlek echt licht te maken.

Ontraad bleekmiddelen sterk vanwege het agressieve en

toxische karakter.

·

·

Zon en warmte

Reuzen CMN hebben vaak minder

zweetklieren en daardoor heeft de huid ter plaatse

moeite met warmte kwijt raken. Mensen met een

reuzenmoedervlek kunnen eerder last hebben van warmte.

10