Myeloproliferatieve neoplasmata
9
·
·
Ingrepen
Vóór sommige chirurgische en tandheelkundige
ingrepen moeten patiënten medicatie die de bloedstolling
beïnvloedt aanpassen. Overleg hierover altijd met de
behandelend hematoloog. Patiënten hoeven meestal niet
te stoppen met trombocytenaggregatieremmers, omdat
het risico op trombose dan toeneemt. Zij kunnen tijdelijk
laagmoleculairgewichtheparine nodig hebben.
·
·
IJzersuppletie
Door flebotomieën bij PV worden
ijzergebrek en een microcytair bloedbeeld geïnduceerd.
Het suppleren van ijzer zal leiden tot toename van de
flebotomiefrequentie om de Ht binnen acceptabele
waarden te houden. Om deze reden moeten patiënten
geen ijzersuppletie gebruiken. Patiënten hoeven ijzer in de
normale voeding niet te beperken. Raad het gebruik van
voedingssupplementen met ijzer af.
·
·
Psychosociale aspecten
Symptomen als pijn, jeuk,
vermoeidheid en concentratieproblemen hebben
een negatieve invloed op de kwaliteit van leven,
sociale activiteiten en werk. MPN-patiënten en hun
naasten ervaren vaak onbegrip door de omgeving. De
huisarts vraagt hier actief naar. Ondersteuning door
een maatschappelijk werker of andere psychosociale
hulpverleners (bijvoorbeeld POH GGZ) kan zinvol zijn bij
het leren omgaan met chronische pijn, vermoeidheid en
beperkingen.
·
·
Ondersteuning van naasten
Partners en andere
naasten spelen een belangrijke rol bij het opvangen van
de beperkingen. Afhankelijk van de draagkracht kan dit
een grote draaglast voor de partner zijn. Daarnaast kan
de ziekte invloed hebben op intimiteit en seksualiteit.
De huisarts let op signalen die kunnen wijzen op een te
grote lichamelijke en/of psychische belasting en vraagt
hier actief naar. Zo nodig kan de huisarts verwijzen naar
psychosociale hulpverlening, maatschappelijk werk of
mantelzorgondersteuning.
·
·
Arbeidsparticipatie
MPN kunnen invloed hebben op
het vermogen om te werken. De huisarts kan de patiënt
wijzen op de expertise van de bedrijfsarts. Er zijn diverse
instanties die advies kunnen geven over werk, uitkeringen
en verzekeringen (zie
Consultatie en verwijzing ).
·
·
Lotgenotencontact
Via de MPN Stichting is er
mogelijkheid tot lotgenotencontact voor patiënten en hun
naasten (zie
Consultatie en verwijzing).
·
·
Reizen
Bij lange vliegreizen kunnen patiënten preventieve
maatregelen nemen om het risico op trombose te verlagen:
steunkousen, regelmatig bewegen en voldoende drinken.
De apotheker kan advies geven over het meenemen van
medicatie en een medicatiepaspoort verstrekken. Na
splenectomie en bestraling van de milt kunnen patiënten
het beste medisch reisadvies inwinnen.
·
·
Duiken
Adviseer MPN-patiënten die willen gaan duiken
om advies te vragen bij een duikarts, omdat duiken de
bloedstolling kan beïnvloeden.