Previous Page  8 / 17 Next Page
Information
Show Menu
Previous Page 8 / 17 Next Page
Page Background

Pachydermoperiostose

6

Algemeen

·

·

Behandeling

Er is geen genezende behandeling voor

pachydermoperiostose. De behandeling is gericht op het

verminderen van de klachten.

·

·

Zorgcoördinatie

De zorg voor patiënten met

pachydermoperiostose is op dit moment nog niet

georganiseerd. Er bestaan geen gespecialiseerde

behandelcentra of multidisciplinaire teams op dit gebied.

De hoofdbehandelaar kan een medisch specialist zijn,

meestal een dermatoloog, internist of reumatoloog.

Maar meestal verwijst de specialist, na het stellen van

de diagnose, de patiënt weer terug naar de huisarts. Dat

komt door het kleine aantal algemeen geaccepteerde

behandelingsopties. Het begeleiden en behandelen

van deze patiënten is moeilijk door hun vele klachten

en de beperkte behandelingsmogelijkheden. Daarom is

overleg met de medisch adviseur van de Contactgroep

Pachydermoperiostose aan te bevelen.

·

·

Verlichting van klachten

Door warmte (maar geen hitte),

rustig bewegen en rusten kunnen de klachten afnemen.

Medicamenteuze behandeling

Omdat pachydermoperiostose een zeer zeldzame

aandoening is, bestaat er nog weinig wetenschappelijk

bewijs voor effectieve therapie. Er vindt momenteel wel

ontwikkeling plaats op het gebied van behandeling. De

Contactgroep Pachydermoperiostose verzamelt actuele

informatie over pachydermoperiostose en het is daarom

verstandig contact met hen op te nemen (zie

Consultatie en verwijzing )

.

Er bestaat geen geneesmiddel dat de gevolgen van het

genetisch defect volledig kan compenseren. Wel is er

medicatie die de klachten van pachydermoperiostose

kan verlichten. Het effect hiervan kan per patiënt

sterk variëren. Het is belangrijk dat de behandelend

arts bij de keus voor een middel let op de mate van

bijwerkingen en het effect bij de individuele patiënt.

De bijwerkingen van de medicatie zijn van groot

belang omdat het een chronische, levenslange

aandoening betreft.

De volgende medicatie, waarmee in casuïstisch verband

ervaring is opgedaan met klachtenverlichting, staat

gerangschikt op volgorde van de minste bijwerkingen.

Meestal treedt het effect pas op na ongeveer tien dagen.

·

·

Vitaminen

in de volgende combinatie: Vitamine C,

500-1.000 mg/dag; Vitamine E, 400 I.E./dag.

-- Werkingsmechanisme: remmen waarschijnlijk de

prostaglandineproductie.

-- Voordelen: veroorzaken een verbetering van het

welbevinden en lijkt de enige behandeling te zijn die

trommelstokvingers verbetert, maar niet geheel doet

verdwijnen. Geen bijwerkingen van betekenis.

-- Nadelen: geen vergoeding door de zorgverzekeraar.

·

·

Magnesiumoxide

375 mg, 1 of 2 tabletten per dag.

-- Werkingsmechanisme: onbekend.

-- Voordelen: lijkt enige verlichting van de klachten te

geven en ook te helpen tegen rusteloze benen.

-- Nadelen: geen vergoeding door de zorgverzekeraar.

·

·

Alfa-liponzuur

Beginnen met 100 mg per dag, geleidelijk

verhogen naar 300 tot 400 mg per dag, afhankelijk van

verbetering van de pijnklachten.

-- Werkingsmechanisme: remt de prostaglandine-

productie.

-- Voordelen: geeft verlichting van de pijn, maar niet

volledig.

-- Nadelen: tijdelijk vóórkomen van onrustige dromen

of nachtmerries is gerapporteerd. Kostbaar, geen

vergoeding door de zorgverzekeraar.

·

·

Paracetamol

1.000 mg zo nodig, maximaal 4 gram per dag.

-- Werkingsmechanisme: remt waarschijnlijk de

prostaglandineproductie.

-- Voordelen: kan exacerbaties van de pijn onderdrukken.

-- Nadelen: langdurig of veelvuldig gebruik

wordt ontraden, daarom alleen gebruiken bij

exacerbaties van pachydermoperiostose en niet als

onderhoudsbehandeling. Geen vergoeding door de

zorgverzekeraar.

·

·

Propranolol

40 mg, 3 x daags. Of propranolol retard

80 mg/dag.

-- Werkingsmechanisme: het is onduidelijk waarom

propranolol meteen werkt tegen de pijn bij sommige,

maar niet bij alle patiënten met pachydermoperiostose.

Geeft verlichting, maar onderdrukt de pijn niet helemaal.

Eerste keus bij pachydermoperiostose patiënten met een

tachycardie.

-- Voordelen: helpt vooral tegen de pijn, de tachycardie,

de hyperhidrose en de psychische klachten van

pachydermoperiostose (zoals gejaagdheid en

nervositeit) en mogelijk ook tegen het beven.

-- Nadelen: geen ernstige nadelen.

·

·

Doxazosine retard

4 mg/dag, na een maand eventueel

verhogen tot maximaal 8 mg/dag, bij voorkeur aangevuld

met magnesiumoxide 375 mg 2 x daags, vanwege de kans

op obstipatie door doxazosine retard bij patiënten met

pachydermoperiostose.

-- Werkingsmechanisme: het is onduidelijk waarom

doxazosine werkt en waarom het alleen bij sommige

patiënten met pachydermoperiostose werkt. Eerste

keus bij patiënten met psychische klachten zoals

hyperalertheid en bij patiënten die moeite hebben met

plassen.

B

eleid