28
4. Je behandelaar vraagt of je alles goed hebt begrepen. Als dit niet zo is,
kun je dit duidelijk aangeven. Alleen als je alles begrijpt kun je samen
beslissen met je behandelaar. Vraag bedenktijd als je dit nodig hebt.
Misschien wil je met anderen overleggen of nog rustig thuis nadenken.
5. Je behandelaar vraagt naar je voorkeuren: hoe erg vind je de nadelen
van sommige opties en wat vind je van de voordelen? Is het bijvoorbeeld
belangrijk voor jou dat je minder pijn hebt, of heb je liever pijn als je
daarmee een zware behandeling uit de weg kunt gaan?
6. Als je geen bedenktijd meer nodig hebt, dan neem je nu samen met je
behandelaar het besluit.
Omdat goede communicatie niet altijd makkelijk is, lees je in
Hoofdstuk 8een
aantal handige tips hiervoor.
Wat als je zorgverlener NIET goed op de hoogte is van het
Noonan syndroom?
Je mag hem of haar altijd wijzen op de zorgstandaard en richtlijn van het
Noonan syndroom. Deze kunnen zij terugvinden in het landelijk Register van het
Zorginstituut.
Zie voor meer informatie:
www.zorginzicht.nl/bibliotheek/Noonan%20syndroom/Paginas/-Home.aspxHierin staan alle afspraken over wat goede zorg is voor het Noonan syndroom.
Verenigingen van zorgverleners, patiënten en verzekeraars hebben deze met
elkaar gemaakt.
TIP
Als je arts niet of niet alle
stappen hierboven doorloopt,
dan is het belangrijk dat je de
3 goede vragen stelt:
WWW
©PatiëntenfederatieNPCF
Initiatiefvan: