Previous Page  46 / 99 Next Page
Information
Show Menu
Previous Page 46 / 99 Next Page
Page Background

44

Vraag

Hoe wordt voorkomen dat

ik een kind met NF1 krijg

als ik eenmaal zwanger

ben?

Hoe groot is de kans dat

mijn kind NF1 zal hebben

als ik NF1 heb of mijn

partner NF1 heeft?

Zal mijn kind ook een

milde vorm van NF1

krijgen, net als ik (of mijn

partner) (zie hoofdstuk

’Neurofibromatose type 1’ )

Ik heb NF1.

Krijg ik complicaties als ik

zwanger word?

Ik heb NF1. Krijg ik extra

controles tijdens mijn

zwangerschap?

Noch ik, noch mijn man

heeft NF1, maar we hebben

een kind met NF1. We

willen graag nog een kind.

Wat moeten we doen om te

voorkomen dat ons nieuwe

kindje NF1 heeft?

Antwoord op de vraag

Met een vlokkentest (of vruchtwaterpunctie)

wordt genetisch materiaal (DNA) van het

ontwikkelende embryo verkregen. Deze wordt

dan onderzocht op het foute NF1-gen. Als het

foute NF1-gen gevonden is, betekent dit dat het

kind zeker NF1 heeft. De ouders kunnen tot 24

weken van de zwangerschap besluiten tot een

afbreking van de zwangerschap. Dat gebeurt in

het ziekenhuis. Een dergelijke beslissing nemen

is niet eenvoudig. Psychologische hulp dient

aangeboden te worden.

Bij de algemene vorm van NF1 (zie hoofdstuk

’Neurofibromatose type 1’ )

is de kans 50%. Als je

gedeeltelijke NF1 hebt, dan geeft dat ongeveer 5%

kans op het krijgen van een kind met NF1.

Nee, de ernst van NF1 bij de ouder zegt niets over

de ernst van NF1 bij het kind.

Dat kan, maar hoeft niet. Bijvoorbeeld

neurofibromen kunnen sneller groeien en er is

meer kans op verhoogde bloeddruk tijdens de

zwangerschap (zie ook

zorgverlenersversie van de zorgstandaard NF1

).

Ja. Meestal wordt het ontwikkelde embryo met de

echo gevolgd. Of je zelf ook extra gecontroleerd

wordt voor je NF1, hangt van je eigen situatie af.

Een gynaecoloog met kennis van en ervaring met

NF1 en je regievoerend arts kunnen je hierover

meer informatie geven.

Zelf (beide ouders) DNA-onderzoek ondergaan,

zodat het zeker is of het om een erfelijke of

spontane NF1-mutatie gaat bij jullie kind.

Als het foute NF1-gen niet bij de ouders wordt

gevonden, kan het nog steeds zo zijn (maar wel

zeldzaam) dat in de ei- of zaadcellen van de ouder

het foute NF1-gen zit. Dus kan je VOLGENDE kind

ook NF1 krijgen. Daarom heeft de vrouw wel

een indicatie voor prenatale diagnostiek: een

vlokkentest.

(vervolg van pagina 43)