Previous Page  13 / 17 Next Page
Information
Show Menu
Previous Page 13 / 17 Next Page
Page Background

Amyloïdose

vliegtuigen). Transmissie treedt in die omstandigheden

gemakkelijker op. De luchtvochtigheid kan sowieso

invloed hebben op de klachten.

--

Lichamelijke activiteit

Het is van belang om toch

lichamelijk actief te zijn. Aerobe trainingen worden

daarom aanbevolen. De specialist of de huisarts verwijst

indien van toepassing naar de fysiotherapeut voor advies

en begeleiding.

--

Voeding

Een gebalanceerd dieet is van belang om

enerzijds ondervoeding en anderzijds ook overgewicht

te voorkomen of te bestrijden. Een diëtiste kan hierbij

adviseren, zeker omdat een dieet samenstellen lastig

kan zijn wanneer verschillende adviezen elkaar

tegenspreken door de systemische aard van de ziekte.

De huisarts of de specialist kan verwijzen. Het aantal

diëtisten met ervaring op dit gebied is beperkt (zie

Consultatie en verwijzing

).

--

Griepvaccinatie

Op grond van de individuele situatie

wordt bepaald of de patiënt in aanmerking komt voor

de jaarlijkse seizoensgriepvaccinatie. Onder andere

na autologe stamceltransplantatie, bij hartpatiënten,

longpatiënten of patiënten met bijnierinsufficiëntie is de

jaarlijkse griepvaccinatie geïndiceerd.

·

·

Verhoogde bloedingsneiging

Om verschillende redenen

kan er sprake zijn van een hoge bloedingsneiging (zie

Symptomen )

. Anticipeer hierop bij kleine ingrepen

en wijs bij verwijzing voor een operatieve ingreep op

aanwezigheid van deze conditie.

·

·

Vermoeidheid

speelt net als bij veel andere chronische

aandoeningen een grote rol. Echter de ernst van de

vermoeidheid is (zeker bij cardiale betrokkenheid) echt

iets heel anders dan bij allerlei andere aandoeningen.

Het wordt wel als een dodelijke vermoeidheid ervaren.

Het is van belang de patiënt serieus te nemen en de

vermoeidheid te erkennen. Belangrijk is om een goede

balans te vinden tussen activiteit en rust (voor relevante

websites: zie

Consultatie en Verwijzing )

.

·

·

Bijwerkingenmedicatie

Thalidomide

en de analogen

lenalidomid

e en

pomalidomide

zijn teratogeen (zie

Erfelijkheidsadvisering, Fertiliteit en Zwangerschap

).

De belangrijkste bijwerkingen zijn van hematologische

aard en vaak ernstig (o.a. bij gebruik in combinatie met

dexamethason

: trombo-embolische aandoeningen).

Bortezomib

geeft als belangrijkste bijwerking verhoogde

kans op infecties en gevoelsstoornissen.

Bij het gebruik van

tafamidis

komt zeer vaak een

urineweginfectie of vaginale infectie voor, evenals diarree

en buikpijn.

Over teratogeniciteit van

tafamidis

is evenals bij

bortezomib

nog weinig bekend.

Diflunisal

is een NSAID, dus bij chronisch gebruik is een

maagbeschermer (

omeprazol

) nodig.

·

·

Autologe Stamceltransplantatie (SCT)

Voor deze zeer

zware behandeling is een langdurige opname nodig. De

risico’s worden nauw gewogen omdat niet alle patiënten

deze ingrijpende behandeling aan kunnen. Uitgebreide

informatie voor patiënten staat o.a. in een

patiëntenfolder van het LUMC .

·

·

Levertransplantatie

Bij patiënten met ATTR-amyloïdose

is levertransplantatie tot nu toe de meest gebruikte

behandeling. De risico’s moeten daarbij goed worden

afgewogen.

·

·

Psychosociale aspecten

De ziekte is een sluipende en

‘ongrijpbare’ aandoening en geeft verlies van kwaliteit

van leven door de impact op het dagelijks leven (sociale

contacten, hobby’s, werk). Door de onzichtbaarheid van de

aandoening en omdat de ernst per dag kan verschillen, is

het moeilijk voor de omgeving/naasten om een inschatting

van de impact van de klachten te maken. Patiënten

ervaren daarom soms onbegrip voor de situatie. Signaleer

psychosociale problemen. Anticipeer hierop en vraag naar

eventuele behoefte aan hulpverlening. Kijk actief naar

bestaande mogelijkheden van hulpverlening.

·

·

Psychosociale ondersteuning naasten

Vraag actief en

herhaaldelijk naar fysieke en emotionele belastbaarheid

van de naaste omgeving. Geef zo nodig advies of verwijs

voor psychosociale hulpverlening; vooral wanneer

mantelzorgtaken eventueel zwaarder worden.

·

·

Lotgenotencontact

is voor veel patiënten (en ook voor

naasten) van belang. Verwijs hiervoor naar Stichting

Amyloïdose Nederland; er is een forum en er worden

contactdagen georganiseerd (zie

Consultatie en Verwijzing

).

·

·

Dagelijks leven/ Beroep

Een deel van de patiënten is op

oudere leeftijd en/of door de ernst van de klachten niet

meer werkzaam. Het is verstandig dat werkzame patiënten

rekening houden met hun ziekte (o.a. vermoeidheid en

eventueel hygiëne leefregels) bij het uitvoeren van hun

beroep. Bovendien is de ziekte progressief, waardoor

aanpassingen (bijvoorbeeld in aard werkzaamheden/

aantal werkuren) of het vaststellen van (gedeeltelijke)

arbeidsongeschiktheid op den duur nodig kunnen zijn (zie

Welder bij

Consultatie en Verwijzing

).

·

·

Thuiszorg

Schakel indien de omstandigheden van de

patiënt dit noodzakelijk maken thuiszorg in.

·

·

Erfelijkheidsaspecten

Tijdens het diagnostische

traject wordt in veel gevallen onderzoek gedaan naar

de aanwezigheid van een erfelijk type van amyloïdose.

Door DNA-onderzoek van het transthyretine (TTR)

gen kan bij de erfelijke variant de pathogene mutatie

worden aangetoond of uitgesloten. Familieonderzoek

kan plaatsvinden als een mutatie is aangetoond (zie

Erfelijkheid, fertiliteit en zwangerschap )

. Het is van

belang als huisarts alert te blijven op de aanwezigheid

van (symptomen van) amyloïdose bij familieleden.

Als er meer familieleden zijn met klachten die passen

bij amyloïdose of als er in de loop van de tijd meer

familieleden dit klachtenpatroon krijgen, is het raadzaam

deze familieleden te verwijzen voor nader onderzoek. Bij

de patiënt is herhaling van het erfelijkheidsonderzoek te

overwegen, wanneer eerder op basis van de toen bekende

mutaties een erfelijke vorm (voorlopig) werd uitgesloten.

11