Previous Page  7 / 21 Next Page
Information
Show Menu
Previous Page 7 / 21 Next Page
Page Background

Congenitale melanocytaire naevi

Meest voorkomende klachten

De symptomen die bij grotere CMN kunnen optreden zijn:

·

·

Kwetsbare naevushuid

De CMN-huid is vaak

kwetsbaarder dan normale huid, met name bij

pasgeborenen. Door wrijving/trauma kan een CMN

sneller beschadigen.

·

·

Droge naevushuid

De CMN-huid is vaak droger dan

de normale huid. Dit komt doordat er in de naevushuid

minder talgklieren en/of zweetklieren aangelegd

zijn. Soms ontstaat secundair aan de droge huid

hyperkeratose/eczeem.

·

·

Jeuk

aan de naevushuid kan voorkomen bij (grotere)

CMN. Dit is mogelijk een gevolg van de droge huid, maar

er zijn ook aanwijzingen dat zich in de CMN-huid meer

mestcellen bevinden die de jeuk veroorzaken.

·

·

Ulceratie/bloeding

Met name in grotere CMN treden

soms erosies of ulceraties op die kunnen gaan bloeden.

·

·

Verstoorde zweetregulatie

In grotere CMN zijn soms

minder zweetklieren ter plaatse van de naevus aangelegd

dan in normale huid, met name wanneer er subcutane

noduli aanwezig zijn. Om de lichaamswarmte kwijt te

kunnen, zullen patiënten via de normale huid soms meer

transpireren en zal de huid daar vochtig zijn, terwijl de

naevushuid eerder droog blijft. Indien patiënten door het

verminderde aantal zweetklieren hun warmte niet kwijt

kunnen, bestaat er (met name op warme dagen) een kans

op oververhitting.

·

·

Hypotrofie

Bij grote CMN kan er sprake zijn van een

dunnere vetlaag. Om de een of andere reden verstoort

de aanwezigheid van een reuzen CMN dan de vorming

van de vetlaag die normaal gesproken tussen de huid en

de onderliggende spieren en botten zit. Daardoor lijkt de

CMN dieper te liggen dan de rest van de huid. Ook kunnen

hierdoor bijvoorbeeld een ledemaat, bil of zijkant van het

gezicht dunner zijn. Dit dunnere gebied functioneert wel

normaal. Met de kracht van het dunnere been zal niets mis

zijn, omdat de dunheid is te wijten aan minder vet en niet

aan minder spieren.

·

·

Ontstoken haarzakjes

Vaak zijn CMN sterker behaard dan

de normale huid. Ook zijn er vaker ingegroeide haren in de

CMN. De haarzakjes rondom deze ingegroeide haren geven

nogal eens bultjes en open wonden.

·

·

Vetbulten

Kinderen met een reuzen CMN kunnen ook

vaker last hebben van vetbulten in de naevushuid. Deze

vetbulten zijn onschuldig

·

·

Emotionele gevolgen

Het hebben van een reuzen CMN

kan negatieve gevolgen voor het zelfbeeld hebben, omdat

bijvoorbeeld stigmatisering kan optreden (medelijden,

staren, ongewilde aandacht, pestgedrag).

Complicaties

Complicaties die kunnen optreden bij grote CMN:

-- ontstaan van een melanoom;

-- ontstaan van neurocutane melanocytose (NCM);

-- ontstaan van andere tumoren (sporadisch), zoals

rhabdomyosarcoom en neurosarcoom, maligne blue

naevus, neuroblastoom, schwannoom en perifere

zenuwschede tumor;

-- proliferatieve noduli en andere goedaardige

complicaties, zoals een lipoom, hamartoom, plexiforme

overgroeiingen, cutis verticis gyrata, of atrofie of

hypertrofie van onderliggende structuren.

·

·

Melanoom

-- Bij met name reuzen CMN, aanwezigheid van veel

satellietnaevi en bij naevi met lokalisatie op de romp

bestaat er verhoogde kans op een melanoom.

-- Er kunnen melanomen in de huid en melanomen in het

centraal zenuwstelsel (hersenen en/of ruggenmerg)

ontstaan.

-- Cutane melanomen presenteren zich overwegend

als hyper- of hypopigmentatie, als een papel of nodus

en soms als ulceratie. In grote CMN (

˃

20cm PAS) zijn

melanomen mogelijk vaker nodulair van karakter.

-- Voor het opsporen van een melanoom in het centraal

zenuwstelsel is de arts alert op symptomen die ook

kunnen optreden in het kader van neurocutane

melanocytose. Een presentatie kan zijn: snelle klinische

achteruitgang, meestal met symptomen van verhoogde

intracraniële druk en/of ruggenmergcompressie. Zie

Symptomen, Complicaties, Neurocutane melanocytose

.

Voor meer informatie over melanoom zie

Concept Richtlijn Melanoom 2012

.

·

·

Neurocutane melanocytose (NCM)

Met name

patiënten met grote CMN (

˃

20 cm PAS) of multipele

CMN (

3 middelgrote CMN zonder moederlaesie) lijken

een verhoogd risico te hebben op het ontwikkelen van

neurocutane melanocytose (NCM). Hierbij is ook het

hebben van meerdere satellietnaevi (

˃

20) een risicofactor

voor het ontwikkelen van NCM.

Bij grotere of multipele CMN kunnen naevuscellen ook

in hersenen en ruggenmerg voorkomen. Als zowel huid

als zenuwstelsel betrokken zijn, én er ook neurologische

symptomen zijn, spreekt men in de Nederlandse richtlijn

van neurocutane melanocytose (NCM). Deze definitie

wijkt af van de definitie in sommige andere landen, waar

men ook bij asymptomatische aangeboren melanocytaire

laesies in het centrale zenuwstelsel de termNCM gebruikt.

NCM is in principe een benigne aandoening, die echter kan

leiden tot ernstige complicaties met een slechte prognose.

Symptomen van NCM kunnen op alle leeftijden ontstaan,

maar ontstaan vaker voor de leeftijd van 2 jaar.

(Alarm)symptomen die kunnen passen bij neurocutane

melanocytose zijn:

-- prikkelbaarheid;

-- lethargie;

-- hoofdpijn;

-- recidiverend braken;

5