Previous Page  8 / 15 Next Page
Information
Show Menu
Previous Page 8 / 15 Next Page
Page Background

HSP en PLS

een uitgebreider behandelprogramma met nadruk op

actieve en passieve rekoefeningen (zelfmanagement),

begeleid door een deskundig fysiotherapeut. Voor een

groot deel vindt deze begeleiding vanuit de eerste lijn

plaats. Informatie over fysiotherapie bij HSP/PLS is

te lezen in de brochure

‘Fysiotherapie bij hereditaire spastische paraparese en primaire laterale sclerose’ v

an

Spierziekten Nederland en het KNGF (zie

Consultatie en verwijzing )

.

--

Uitlokkende factoren

Omdat spasmen kunnen worden

uitgelokt door onder andere pijn en ontstekingen,

zijn NSAID’s soms nuttig om indirect de spasmen te

verminderen. Anderzijds dient pijn door spasmen primair

te worden behandeld met spasmolytica. Ook obstipatie

of blaasinfecties kunnen spasmen uitlokken, waardoor

adequate behandeling van de onderliggende oorzaken

essentieel is voor optimaal functioneren.

--

Baclofenpomp

Als bovenstaande behandelingen

onvoldoende effect hebben, kan de patiënt een

baclofenpomp proberen. Het effect van (continu

toegediend) intrathecaal baclofen op spasticiteit en

looppatroon bij HSP en PLS is nog niet onomstotelijk

bewezen. Om voor een baclofenpomp in aanmerking

te komen, moet de patiënt functioneel hinderlijke

klachten en/of pijnlijke spasmen hebben. Andere

medicamenteuze behandelingen moeten onvoldoende

effect hebben of te veel bijwerkingen geven. Ook moeten

er geen contra-indicaties zijn om een definitieve

pomp in te brengen tijdens een (kleine) operatie. Het

gehele traject rond het plaatsen van de pomp en de

begeleiding van deze behandeling is ingrijpend en

belastend voor de patiënt. Omdat het ziektebeeld

progressief is, kan het effect van de pomp aanvankelijk

goed zijn en later, door verdere uitval van spierkracht,

minder lijken. Behandeling met een baclofenpomp vindt

plaats in een daartoe gespecialiseerd centrum. Een

gespecialiseerd revalidatieteam stelt de indicatie voor

een baclofenpomp.

--

Niet-effectieve medicatie

Gabapentine en

methylfenidaat verbeteren spasticiteit en het

looppatroon niet. Riluzol, dat gebruikt wordt door

ALS-patiënten, heeft bij PLS waarschijnlijk geen effect.

·

·

Bewegingsstoornissen

--

Fysiotherapie

Bij HSP en PLS is fysiotherapie meestal een

belangrijk onderdeel van de behandeling. De huisarts

of revalidatiearts verwijst patiënten bij voorkeur

naar een fysiotherapeut bij de patiënt in de buurt

(zie

Consultatie en verwijzing )

. Zoals in de brochure

over HSP/PLS voor fysiotherapeuten van Spierziekten

Nederland en het KNGF wordt beschreven, zijn de

belangrijkste doelen van fysiotherapie het voorkómen

van spierverkorting, het verbeteren en behoud van

mobiliteit en conditie, valpreventie, het voorkómen van

angst om te bewegen en het trainen met hulpmiddelen.

Wanneer de nadruk ligt op rekken, balansoefeningen

en valpreventie is zelfmanagement in combinatie

met laagfrequente fysiotherapie (maximaal 1x/week)

aangewezen. Voor fysiofitness, waarbij de nadruk op

kracht- en conditietraining ligt, is een hogere frequentie

gebruikelijk.

--

Sporten

Afhankelijk van de mogelijkheden van

de patiënt kan regelmatig sporten (bijvoorbeeld

fietsen of zwemmen) zinvol zijn om spierkracht,

bewegingsbereik en conditie te behouden. Aerobe

training (conditietraining) blijkt zowel veilig als effectief

te zijn bij verschillende neuromusculaire aandoeningen.

Bij training gaat het niet alleen om inspanning leveren

maar juist ook om het herstel na deze inspanning en

het gedoseerd leveren van inspanning. Conditietraining

verhoogt de kwaliteit van leven. Voor het behoud van

balans/evenwicht is functioneel trainen geschikt zoals

yoga of tai chi.

--

Hulpmiddelen

Als de patiënt problemen krijgt met het

lopen, kan hij diverse hulpmiddelen gebruiken zoals

steunzolen, orthopedisch schoeisel, ortheses, krukken,

een rollator, rolstoel en/of scootmobiel.

Ook een hoog-laagbed kan handig zijn. Het is belangrijk

dat de patiënt goed geïnformeerd wordt over de voor- en

nadelen van hulpmiddelen. Zo kan het gebruik van een

scootmobiel de patiënt juist inactief maken.

Een revalidatiearts en/of ergotherapeut verbonden aan

een revalidatiecentrummet kennis van spierziekten kan

hierbij adviseren.

--

Pes equinovarus

Bij pes equinovarus kan de patiënt

door een ervaren revalidatiearts en orthopedisch

chirurg worden geïnformeerd over de mogelijkheid van

enkel-voetchirurgie (bijvoorbeeld tenotomie van de

achillespezen).

·

·

Valpreventie

Mensen met HSP/PLS vallen makkelijk.

De huisarts vraagt expliciet naar de valincidentie van

de patiënt. Aandacht voor valpreventie is belangrijk.

Revalidatie-instellingen en thuiszorgorganisaties

in de buurt bieden vaak trainingen valpreventie aan

(bijvoorbeeld de ‘valpoli’ van het revalidatiecentrum of

van het ziekenhuis). Daarnaast kunnen aanpassingen in

huis en hulpmiddelen die ondersteunen bij de mobiliteit

uitkomst bieden. De ergotherapeut kan hierbij adviseren.

Ook fysiotherapie kan de kans op vallen verminderen.

Vaak kan een loophulpmiddel een bijdrage leveren aan

de valpreventie.

·

·

Mictiedrang

Bij hinderlijke mictiedrang en/of urine-

incontinentie is, anders dan beschreven in de

NHG- Standaard Incontinentie voor urine bij vrouwen

en de

NHG-Standaard Mictieklachten bij mannen

,

medicamenteuze behandeling aangewezen. Oxybutinine

is het middel van eerste keus. Andere medicatie

(anticholinergica, antimuscarinica of intravesicale

botulinetoxine-injecties) en neurostimulatie van de blaas

kan de spasticiteit van de blaas verminderen.

Bij HSP en PLS is hier nog weinig ervaring mee. Ook zijn

er aanwijzingen dat intrathecaal baclofen een gunstige

invloed op de urgeklachten kan hebben. De (huis)arts

6