Previous Page  8 / 19 Next Page
Information
Show Menu
Previous Page 8 / 19 Next Page
Page Background

Klinefeltersyndroom

6

Algemeen

·

·

Doel van behandeling en begeleiding

Klinefelter-

syndroom kan niet genezen worden. Bij de behandeling

en begeleiding staat de kwaliteit van leven centraal.

Kwaliteit-van-leven-vragenlijsten kunnen hierbij een

handig hulpmiddel zijn.

·

·

Multidisciplinaire samenwerking

De (kinder-)

endocrinoloog is meestal hoofdbehandelaar. Andere

medisch specialisten die de rol van behandelend arts

kunnen hebben, zijn de uroloog, androloog, kinderarts,

klinisch geneticus, fertiliteitsarts en plastisch chirurg.

Wanneer de jongen/man ervoor kiest om zich niet

te laten begeleiden/behandelen door een medisch

specialist, is de huisarts de aangewezen persoon om de

zorg te coördineren. Verwijzing naar paramedici, zoals

logopedie, fysiotherapie en ergotherapie, kan nodig

zijn. Ook een praktijkondersteuner GGZ, psycholoog,

psychiater, maatschappelijk werker en/of seksuoloog

kunnen de jongen/man en zijn naasten begeleiden. In

het algemeen hebben zorgverleners weinig ervaring

met het Klinefeltersyndroom. Een aantal zorgverleners

in Nederland heeft zich hierin gespecialiseerd (zie

Consultatie en verwijzing )

.

Testosteron

·

·

Indicatie

De jongen/man (en/of zijn ouders) beslist

zelf of hij wel of geen behandeling wil starten en of

hij deze door wil zetten. Het beste tijdstip ommet

testosteronbehandeling te starten staat ter discussie en

wordt vooralsnog individueel bepaald. Bij de beslissing

om al dan niet te starten met testosteron spelen een

aantal factoren mee:

-- klachten passend bij hypogonadisme;

-- te lage of onvoldoende stijging van de plasma-

testosteronspiegel;

-- onvoldoende voortgang van de puberteitsontwikkeling;

-- grote verwachte eindlengte of weinig vorderende

skeletleeftijd;

-- osteoporose of osteopenie;

-- gynaecomastie;

-- verhoogde LH-waarden.

·

·

Voorlichting

Bij de start van de testosteronbehandeling

bespreekt de behandelend arts (meestal de (kinder-)

endocrinoloog, soms de huisarts) de volgende zaken:

-- Het wordt aanbevolen met de halve dagdosering te

starten.

-- De seksuele impulsen kunnen toenemen.

-- De negatieve effecten van testosteronbehandeling

op de spermatogenese en resultaten bij (micro-)

TESE (testiculaire sperma-extractie) en de noodzaak

van het staken van de behandeling gedurende

minimaal 4-6 maanden voorafgaand aan (micro-)

TESE. De jongen/man met Klinefeltersyndroom kan

kiezen voor fertiliteitspreservatie voor de start van de

testosteronbehandeling (zie

Erfelijkheidsvoorlichting en fertiliteit

).

-- Roken verhoogt het risico op polycythemie (zie

Bijwerkingen/nadelen

).

-- Gynaecomastie kan ontstaan of verergeren. In de eerste

maanden na de start van de behandeling controleert de

behandelend arts de jongen/man hier regelmatig op.

·

·

Begeleiding

Behandeling met testosteron vraagt om een

goede begeleiding. De behandelend arts en de jongen/

man gaan samen op zoek naar de optimale dosering en

toedieningsvorm. De jongen/man dient zich te realiseren

dat het eerste jaar een zoektocht kan zijn. Regelmatige

controles en het bijhouden van een dagboek kunnen hierbij

horen. Idealiter biedt de arts de jongen/man in het eerste

jaar psychosociale begeleiding aan.

·

·

Effect

Testosteron heeft een positief effect op:

-- mannelijke haargroei;

-- vermoeidheid;

-- libido;

-- stemming;

-- concentratie;

-- spierkracht;

-- centrale/viscerale adipositas en insulinegevoeligheid;

-- botdensiteit en daarmee het fractuurrisico;

-- veneuze ulcera.

Hoewel testosteron de gezondheid en kwaliteit van leven

zeker kan verbeteren, blijven deze gemiddeld slechter dan

die van mannen zonder Klinefeltersyndroom.

·

·

Toedieningsvormen

Testosteron kan worden gebruikt

in de vorm van intramusculaire depotinjecties, gels of

capsules.

·

·

Bijwerkingen/nadelen

--

Injecties

Injecties kunnen pijnlijk zijn. Sommige injecties

wordt eens in de 2-3 weken gegeven en geven sterke

schommelingen in de testosteronspiegel, die de jongen/

man als hinderlijk kan ervaren. Andere middelen

hebben een veel gelijkmatiger farmacokinetisch profiel

en worden één keer per 2-3 maanden toegediend.

Zorgverzekeraars in Nederland vergoeden dit laatste

middel slechts gedeeltelijk. De kosten (ongeveer 100 euro

per injectie) vormen voor veel mannen een obstakel.

--

Gel

Testosterongel geeft bij 5% van de gebruikers

huidirritatie. Het op de huid achtergebleven testosteron

is bij intensief lichamelijk contact overdraagbaar

op anderen en daardoor in potentie schadelijk voor

vrouwen en kinderen. De geur van de gel en een

zichtbaar of voelbaar residu op de huid zijn voor

sommige jongens/mannen een bezwaar voor gebruik.

--

Capsules

Oraal toegediend testosteron heeft een matige

biologische beschikbaarheid. De plasmaspiegels zijn met

B

eleid