Parkinsonismen
10
Adviseer de patiënt om regelmatig kleine maaltijden te
eten met minder koolhydraten en meer zout en te zorgen
voor voldoende vochtintake (minimaal 2 liter per dag).
Het verhogen van de hoofdkant van het bed met 20-30
0
(bijvoorbeeld met klossen) helpt vaak. Dijhoge steunkousen
kunnen een positief effect hebben maar verhogen de
kwaliteit van leven niet. Ze worden daarom nauwelijks
meer voorgeschreven.
Indien bovenstaande methoden onvoldoende effectief
zijn en de orthostase hinderlijk is, kan de patiënt
medicatie proberen. Wees alert op het ontstaan van
oedeem en nachtelijke hypertensie door een toegenomen
plasmavolume.
-- Fludrocortison (0,1-0,2 mg dd) is vaak effectief.
-- Midodrine (2,5-40 mg dd) kan bij MSA-patiënten
orthostatische hypotensie verminderen. Controleer de
bloeddruk regelmatig i.v.m. het risico op (nachtelijke)
hypertensie. Dit risico kan verlaagd worden door de
laatste tablet meer dan 4 uur voor het naar bed gaan in
te nemen. Midodrine wordt niet altijd vergoed door de
zorgverzekeraars. Alternatieven zijn indomethacine,
osteotride, efedrine en fenylpropanolamine.
-- Droxidopa (100-600 mg dd) kan orthostatische
hypotensie bij MSA verminderen. De meeste patiënten
verdragen het middel goed.
-- Sympaticomimetica (pyridostigmine, dihydroergo-
tamine, etilefrine) of desmopressine voor het naar bed
gaan kunnen orthostatische hypotensie verminderen.
·
·
Urineretentie
Behandel urineweginfecties conform d
e NHG-Standaard Urineweginfecties .Het risico op urineweginfecties kan verlaagd worden met
medicatie als bethanecolchloride.
(Zelf-)katheteriseren is mogelijk indien patiënt dit nog zelf
kan of een mantelzorger heeft die dit kan en wil doen. Later
in het ziektebeloop kan een permanente urinekatheter
nodig zijn.
·
·
Urge-incontinentie en pollakisurie
Geef laagdrempelig
een medicamenteuze behandeling voor urine-
incontinentie (let op: dit advies wijkt af van de
NHG- Standaard Incontinentie voor urine bij vrouwenen
NHG- Standaard Mictieklachten bij mannen ).
Anticholinergica zijn bij veel patiënten effectief. Een
belangrijke bijwerking is het verergeren van urineretentie
en verwardheid bij oudere patiënten.
Alfa-adrenerge agonisten verminderen het blaasresidu,
maar kunnen orthostatische hypotensie verergeren.
Desmopressine (DDAVP, off-label) vermindert de
hoeveelheid urine, vermindert nycturie en kan een betere
bloeddruk in de ochtend geven. De startdosis is 0,1 mg dd
AN.
Injectie van botulinum A toxine in de m. detrusor of
urethrasfincter en operatieve ingrepen als sfincterotomie
zijn opties als alphablokkers niet verdragen worden.
·
·
Obstipatie
Behandel obstipatie conform de
NHG- Standaard Obstipatie.
Dezelfde laxantia als in de algemene bevolking kunnen
gebruikt worden, hoewel sommige patiënten hier heftig
op reageren. Polycarbophil, lubiproston en macrogol 3350
zijn specifiek onderzocht bij MSA-patiënten, met positieve
resultaten.
·
·
Erectiestoornissen
Behandel erectiestoornissen conform
de
NHG-Standaard Seksuele klachten .Sildenafil, tadalafil en vardenafil zijn effectief bij MSA-
patiënten, maar kunnen orthostatische hypotensie
verergeren. Dit geldt ook voor subcutane injecties met
apomorfine.
Overige problemen
·
·
Luchtwegproblemen
De fysiotherapeut kan onder-
steunende ademhalingstechnieken (bijvoorbeeld ‘huffen’)
aanleren.
Inhalatiemedicatie (luchtwegverwijders, corticosteroïden)
kan nodig zijn.
CPAP is bewezen effectief in het langdurig verminderen
van nachtelijke stridor en obstructieve slaapapneu. Het
risico op plots overlijden tijdens de slaap blijft verhoogd.
‘Adaptive servo ventilation’ (ASV) kan effectief zijn bij
MSA-patiënten met centrale slaapapneu. Vanwege het
verhoogde risico op acute hartdood wordt ASV sinds
2015 niet zomaar meer toegepast. Overleg hierover met
een Centrum voor Thuisbeademing (zie
Consultatie en Verwijzing ).
Bij stridor overdag en/of verlamming van de stembanden
kan de patiënt kiezen voor een tracheostoma. Centrale
slaapapneu kan verergeren.
Behandeling met botulinum toxine en larynxchirurgie zijn
controversieel.
Over vaccinatie ter voorkoming van pneumococcen-
infecties bij parkinsonismepatiënten is geen literatuur
beschikbaar.
·
·
Spraakstoornissen
Logopedie is de meest geschikte
behandeling. Ook kan een logopedist adviseren
en ondersteunen bij het gebruik van alternatieve
communicatiemiddelen (bijvoorbeeld spraakversterkers,
spraakcomputers, letter- of plaatjeskaarten).
·
·
Slikproblemen
Logopedie kan de slikactie verbeteren.
Een diëtist kan advies geven over aangepaste voeding.
Amitriptyline vermindert bij sommige PSP-patiënten de
slikproblemen. Het is belangrijk dit middel voorzichtig
naar de optimale dosering te titreren om bijwerkingen als
verwardheid te voorkomen (starten met 10 mg 1 dd voor de
nacht).
Bij ernstige slikproblemen kan de patiënt kiezen voor een
PEG-sonde om ondervoeding te voorkomen. De patiënt
en diens naaste(n) moeten wel gewaarschuwd worden
dat dit het risico op een aspiratiepneumonie niet geheel
wegneemt.
Patiënten kunnen moeite hebben met het wegslikken van
speeksel en slijm. Een afzuigapparaat thuis kan nodig zijn.
·
·
Overmatig speekselverlies
Logopedie is de meest
geschikte behandeling.
Lokale of systemische anticholinergica (bijvoorbeeld