Sarcoïdose
De klachten treden vooral ’s nachts op.
-- Enerzijds heeft de patiënt last van
hyperesthesieën
,
zoals tintelingen, brandend gevoel, prikkelingen,
stekende of schietende pijn. Ook niet-pijnlijke prikkels
kunnen pijn doen (allodynie), zoals de aanraking van
dekens op de benen.
-- Anderzijds is er soms juist een
verminderde sensibiliteit
:
een diffuus of bijvoorbeeld een doof of koud gevoel in
voeten/benen en/of handen. Dit kan soms zo erg zijn dat
patiënten het verschil niet meer voelen tussen warm
of koud, met brandwonden tot gevolg. Ze kunnen zich
sneller verwonden.
-- Bij DVN zijn de spierkracht en de reflexen vrijwel
normaal. Toch
neemt de mobiliteit af
; door de
gevoelsstoornis lopen mensen onzeker.
-- De neuropathie kan een verklaring zijn voor een deel van
de
pijnklachten
en een deel van de moeheid.
7
Andere gevolgen zijn vormen van
autonome dysfunctie
,
zoals:
-- orthostatische hypotensie;
-- zweten;
-- blozen (facial flushing);
-- droge ogen/mond);
-- erectiestoornissen;
-- maag-darmklachten.
7
·
·
Hypercalciëmie/hypercalciurie
Verhoogd calcium in het
bloed komt bij 5-11% van de patiënten voor met name in de
zomerperiode (bij zonlichtblootstelling). Hoog calcium in
de urine komt vaker voor.
13
Het komt onder andere door een
teveel aan calcitrol. Dit is een stof die door geactiveerde
macrofagen wordt gemaakt.
Hypercalciëmie/hypercalciurie kunnen uitdrogings-
verschijnselen of nierproblemen veroorzaken
(zie
Symptomen, Orgaangerelateerde klachten,
Nierproblemen
).
7
Hematologische problemen
Daling van het aantal
bloedcellen komt voor bij splenomegalie, maar draagt
niet bij aan het stellen van de diagnose (zie
Symptomen, Orgaangerelateerde klachten, Vergrote lymfeklieren en andere klieren (adenopathie)). Zonder splenomegalie komt
leukopenie bij 40% van de sarcoïdosepatiënten voor, maar
deze is meestal niet ernstig.
7
Bij 4-20% van de patiënten
komt anemie voor.
Afwijkingen van de trombocyten zijn beschreven
(idiopathische trombocytopenie, IDP).
7
·
·
KNO-problematiek
Bij betrokkenheid van de bijholten,
neus en keel kunnen klachten bestaan als chronische
bijholteontsteking of heesheid.
·
·
Cardiale klachten
Ongeveer 5% van de patiënten heeft
hartklachten:
-- geleidingsstoornissen;
-- ventriculaire aritmie;
-- hartfalen.
Patiënten hebben meestal last van hartkloppingen
en/of duizeligheid met of zonder flauwvallen. Plotselinge
dood komt voor. Bij autopsie van patiënten blijkt het hart
vaker aangedaan te zijn, maar dit heeft dan (nog) niet tot
klachten geleid (20-25%).
3,7
·
·
Klachten bij pulmonale hypertensie
Patiënten kunnen
kortademig en moe zijn door een verhoogde druk van
het longvaatbed. Sarcoïdose-geassocieerde pulmonale
hypertensie (SAPH) draagt bij aan hogere morbiditeit en
mortaliteit. Het treedt op als gevolg van:
-- fibrosering van de vaten door granulomateuze vasculitis;
-- druk op a. pulmonalis door adenopathie;
-- longfibrose;
-- diastolische dysfunctie van het linker ventrikel.
SAPH kan al in een vroeg stadium van fibrosering
optreden.
2,7
·
·
Nierproblemen
Interstitiële nefritis door sarcoïdose komt
sporadisch voor. Vaker zijn nierproblemen het gevolg
van hypercalciëmie en hypercalciurie. Nierverkalking
(nefrocalcinosis), nierstenen (nefrolithiasis) en
nierinsufficiëntie kunnen hierdoor optreden.
Nierstenen kunnen de eerste en enige presentatie zijn van
sarcoïdose.
1,7
Betrokkenheid van de nieren (nierinsufficiëntie) draagt bij
aan een slechtere prognose.
·
·
Maag-darmproblemen
Sarcoïdose in het
maagdarmkanaal komt zeer zelden voor. De maag
is het vaakst aangedaan. Slokdarm, blindedarm en
alvleesklier zijn nog minder vaak betrokken. De klachten
van gastro-intestinale sarcoïdose kunnen lijken op
een passagestoornis (gevoel dat het eten niet wil
zakken) of lijken op de ziekte van Crohn (malabsorptie,
buikpijn, diarree), tuberculose, een schimmelinfectie of
alvleesklierkanker (diabetes, icterus).
1,7
Als deze oorzaken
zijn uitgesloten, kan gastro-intestinale sarcoïdose mogelijk
een verklaring zijn.
·
·
Leverproblemen
Granulomen in de lever komen vaak
voor, maar geven zelden klachten. Bij 20% is de lever
vergroot. Leverenzymen kunnen verhoogd zijn, ook zonder
klachten. In zeer zeldzame gevallen kan leversarcoïdose
leiden tot verminderde galafvoer (icterus), verminderde
doorbloeding van de lever en soms levertrombose.
1,7
Sarcoïdose in de lever geeft geen portale hypertensie en
heeft daarom geen invloed op de mortaliteit.
7
·
·
Gewrichtsklachten
Ongeveer 25-39% van de patiënten
heeft hier tijdelijk last van. Verschillende gewrichten
kunnen aangedaan zijn: de knieën, de enkels, de ellebogen
en de pols, maar ook de kleine gewrichten van handen en
voeten. De klachten zijn bijna altijd acuut en gaan weer
over. Bij een zeer klein deel van de patiënten (
≤
1%) zijn de
klachten chronisch.
7
·
·
Spierklachten
Sarcoïdose kan zich met uitsluitend
chronische spierpijn presenteren. Spierzwakte (myopathie)
kan optreden door sarcoïdose of als bijwerking van
medicatie (
prednison
) of het gevolg zijn van neuropathie.
De spieren kunnen bij neuropathie atrofisch worden.
13
7