54
revalidatiearts de medisch eindverantwoordelijke m.b.t. de revalidatiegeneeskundige zorg. De patiënt
behoudt zijn/haar RA op de polikliniek, gezien regelmatige poliklinische controles en/of onderzoeken, die
nodig zijn bij NF2-patiënten.
Revalidatie is onderdeel van het integrale zorgnetwerk: de zorg vindt plaats in afstemming met andere
specialismen in ziekenhuizen, verpleeghuizen, thuiszorg, huisartsen en andere eerstelijnsvoorzieningen.
Afspraken die door samenwerkingspartners worden gemaakt over de aard en inrichting van de
samenwerking en over ieders betrokkenheid worden schriftelijk vastgelegd (aandachtspunt 12 ui
t Bijlage 3 Aandachtspunten bij samenwerking ).
Behandeling en begeleiding
In het ziekenhuis of revalidatiecentrum werken de verschillende behandelaars nauw samen in de vorm van
een behandelteam onder leiding van een revalidatiearts. Het behandelteam zorgt ervoor dat de gevolgde
therapieën onderling afgestemd zijn. Het team stelt samen met de patiënt het behandelplan op. Het
behandelteam dient expertise/ervaring te hebben op het gebied van de specifieke problematiek van de
patiënt
Individueel zorgplan en zelfmanagement
Het IzP wordt uitgebreid met het behandelplan, gericht op het revalidatietraject.
Voorlichting en communicatie
Het behandelteam heeft bij voorkeur adequaat opgeleid personeel en materiaal beschikbaar m.b.t.
slechthorendheid en slechtziendheid zodat de communicatie met de patiënt soepel verloopt en de
gezamenlijke besluitvorming niet in het geding komt. Als deze niet aanwezig zijn, schakelt de casemanager
uit het verwijzend EC de juiste professionals in en/of zorgt voor beschikbaarheid van het benodigde
materiaal.
Reïntegratie en loopbaanbegeleiding
Al tijdens de revalidatiefase wordt door het revalidatieteam vaak overlegd of informatie gegeven aan
bedrijfsarts/werkgever over het re-integratietraject. In een vroege fase worden al de mogelijkheden tot
terugkeer naar het oude werk bekeken (zi
e 4.6.2 Begeleiding ). Daarbij is van belang dat naar alle mogelijke
beperkingen van de patiënt gekeken wordt. Hierbij worden eerst de bestaande combinaties van beperkingen
geïnventariseerd (gehoorverlies-evenwichtsproblematiek/gehoorverlies-zichtproblemen etc.). Daarna wordt
in overleg met de werkgever (indien van toepassing) gekeken welke aanpassingen in werkomstandigheden
en/of functie gedaan moeten worden, zodat de patiënt optimaal kan functioneren. Arbeidsconsulenten van
de diverse kennis-, expertisecentra en organisaties voor slechthorenden en/of slechtzienden helpen de
patiënt (en werkgever) hierbij.
Belangrijk is dat met één reïntegratieplan gewerkt wordt. Wanneer meerdere arbeidsconsulenten en
adviseurs van diverse organisaties betrokken zijn in het traject, dienen zij afspraken te maken voor
gezamenlijk overleg met de patiënt.
Bovenstaand geïntegreerde aanpak geldt ook voor loopbaanbegeleiding, waarbij eveneens geldt, dat
loopbaanadviseurs/loopbaanbegeleiders van de diverse kennisinstellingen samen dienen te werken. Overleg
tussen de adviseurs en de patiënt wordt periodiek gehouden en geëvalueerd.