34
Niet alleen het kind of de tiener met NF1 kan last hebben van stress, maar
ook hun ouders of broers en zussen. Dit kan op de volgende manieren tot
uiting komen:
• vaak terugdenken aan wat er gebeurd is;
• bezorgd zijn;
• prikkelbaar, angstig of huilerig zijn;
• nergens zin in hebben;
• moeite met slapen of eten;
• lichamelijke klachten;
• moeite met concentreren.
Meestal gaan de klachten na een paar weken over. Heeft het kind of de
tiener of een ander gezinslid na 3 tot 6 maanden hier nog steeds last
van, neem dan contact op met de huisarts of de hoofdbehandelaar in het
ziekenhuis. Als het hele gezin problemen ondervindt, dan kan bijvoorbeeld
relatie- of gezinstherapie, ouderbegeleiding, mediatietherapie of gedrags-
therapie een oplossing bieden. Een GZ-psycholoog kan voorlichting geven
over deze vormen van therapieën en kijken welke het beste past bij het
gezin.
Als de reactie op de stressvolle gebeurtenis te lang duurt, dan wordt
het kind of de tiener verwezen voor een traumabehandeling. Deze wordt
gegeven door een GZ-psycholoog met een opleiding op dit gebied.
Meer weten over traumabehandeling? Kijk op
www.emdr.nl.