Auto-immuun hepatitis
8
De adviezen ten aanzien van stoppen met de medicatie
zijn niet in alle landen eenduidig.
Het huidige advies van specialisten in Nederland is
afbouwen overwegen na:
-- minstens 2 jaar volledige normalisering van
transaminasen en IgG;
-- minstens 3 jaar therapie;
-- beoordeling van een goed leverbiopt (normaal
histologisch aspect van de lever, of nog slechts geringe
interface hepatitis);
-- goed overleg met de patiënt.
Een aantal patiënten kiest na overleg en uitleg voor
continuering van de medicatie (in een zo laag mogelijke
dosering) omdat zij niet het risico op een relapse willen
lopen en er geen biopt voor over hebben.
·
·
Beloop na het stoppen van de medicatie
Het aantal
patiënten dat een relapse krijgt binnen 6 maanden is
ongeveer 50% en binnen 3 jaar is het aantal dat een
relapse krijgt ongeveer 70-90%.
Bij een relapse lopen de transaminasen soms tot meer dan
3 keer de normaalwaarde op en kan het GGT oplopen tot
20 g/I.
Bij klachten van de patiënt is het advies te herstarten met
medicatie, ook als er nog geen laboratoriumafwijkingen
zijn.
De behandelend specialist controleert de patiënt intensief
na het stoppen van de medicatie.
·
·
Levertransplantatie
Van de patiënten met AIH ondergaat
3% een levertransplantatie. Er is een indicatie voor
levertransplantatie bij alle patiënten met leverziekten,
waarbij:
-- de ziekte een belangrijke negatieve invloed heeft op de
levensverwachting en/of kwaliteit van leven;
-- de ziekte definitief of langdurig verholpen kan worden
door transplantatie;
-- geen effectieve of minder ingrijpende behandeling
voorhanden is.
De criteria voor levertransplantatie zijn te vinden in
het
Protocol Indicatiestelling en selectie voor lever- transplantatie en selectie bij volwassenen en kinderen in Nederland .In dit protocol staan de procedures rondom verwijzing voor
transplantatie, indicatiestelling en selectie, alsmede de
gang van zaken rondomwachtlijst en prioritering.
Contra-indicaties voor levertransplantatie zijn alle
medische, psychische of sociale omstandigheden die
de kans op langdurige overleving na de ingreep sterk
verkleinen.
In Nederland zijn drie centra waar levertransplantaties
bij volwassenen plaatsvinden. In elk centrum is een
multidisciplinair behandelteam verantwoordelijk voor de
indicatiestelling, selectie en timing van transplantatie.
Levertransplantatie bij AIH-patiënten:
-- is geïndiceerd in het eindstadium van levercirrose of bij
acuut leverfalen;
-- is geïndiceerd bij patiënten die bij presentatie met AIH al
leverfalen hebben en niet reageren op hoge doseringen
prednison;
-- is soms op kinderleeftijd al nodig.
Bij patiënten met een getransplanteerde lever kan AIH
terugkeren, met name bij inadequate immuunsuppressie.
·
·
Resultaten levertransplantatie bij AIH:
-- De 5-jaars overleving is ongeveer 75-85%.
-- AIH komt in 30% van de gevallen terug, meestal na 4 tot
5 jaar.
-- 1 tot 2 weken na de levertransplantatie voelen patiënten
zich vaak stukken beter, als gevolg van een herstelde
leverfunctie. Wel kan het verdere herstel zeer wisselend
verlopen, van enkele weken tot enkele maanden en
duurt het vaak een jaar voor de meeste patiënten weer
helemaal zijn opgeknapt.
-- De patiënt blijft het eerste jaar na transplantatie onder
controle bij het transplantatiecentrum. De eigen MDL-
arts neemt daarna de controles weer over.
-- Alhoewel de korte termijn resultaten van een
levertransplantatie vaak goed zijn, kunnen na
transplantatie gezondheidsklachten optreden zoals
obesitas, diabetes, hart- en vaatziekten, jicht, hoge
bloeddruk, nierfunctiestoornissen, osteoporose en
diarree.
Prognose AIH
-- Onbehandeld overlijdt 40% van de nieuw
gediagnosticeerde AIH patiënten binnen 6 maanden en
bedraagt de 5-jaarsoverleving van patiënten met een AIH
20%.
-- Sinds de invoering van de combinatiebehandeling
(prednison met azathioprine) is de prognose aanzienlijk
verbeterd.
-- Als de ziekte goed reageert op de behandeling is de
levensverwachting ongeveer gelijk aan die van gezonde
leeftijdsgenoten. De 10-jaars overleving van alle
behandelde patiënten is 93%.
-- De prognose is veel minder gunstig als:
·
·
de ziekte zich presenteert als een zeer ernstige
leverontsteking;
·
·
er al sprake is van cirrose.
Bij meer dan 20% van de patiënten is al cirrose
aanwezig. Voor deze groep is de 10-jaarsoverleving ook
bij adequate behandeling minder dan 70%.