Previous Page  8 / 23 Next Page
Information
Show Menu
Previous Page 8 / 23 Next Page
Page Background

Frontotemporale dementie (FTD)

6

Bij patiënten met FTDmet motorisch voorhoornlijden

ontstaan slikproblemen en dysarthrie al in een vroeg

stadium. Bij de motorische variant zijn deze zogenaamde

bulbaire symptomen al in de beginfase van de ziekte

ernstig van aard.

·

·

Incontinentie

Op den duur raken de meeste patiënten

incontinent (voor urine en ontlasting). Soms gebeurt dit al

in een vroeg stadium.

·

·

Comorbide depressie

Het is van de belang om

onderscheid te maken tussen de apathie en een eventueel

bijkomende depressie. Het psychiatrische toestandsbeeld,

de psychiatrische voorgeschiedenis en het beloop van de

apathie zijn hierbij belangrijk (Zie ook

Bijlage 1, Tabel 1

) .

·

·

ALS

De klachten van FTD kunnen samengaan met de

spierziekte ALS (amyotrofische lateraal sclerose).

4

(Zie

Informatie voor de huisarts over Amyotrofische laterale sclerose en progressieve spinale musculaire atrofie )

.

Gevolgen voor de naasten

·

·

Relatieproblemen, sociale isolatie, eenzaamheid

Op

naasten heeft het veranderde gedrag een grote impact;

dat begint al in de periode voor het stellen van de

diagnose. In die periode is het voor naasten nog moeilijk

de gedragsveranderingen te plaatsen of lijken andere

oorzaken een verklaring te geven. Zij kunnen gevoelens

van verdriet, onbegrip, boosheid en/of schaamte ervaren.

Daarnaast zijn in veel gevallen relatieproblemen en/of

problemen op het werk vaak al een lange tijd gaande.

Aanvankelijk vindt het onaangepaste gedrag vooral plaats

binnen de privacy van het gezin, waarbij de partner het

meestal moet ontgelden. Meer en meer valt het gedrag

daarna ook anderen op. De gedragsveranderingen maken

dat relaties (gezin, familie, vriendschappen en op het werk)

onder druk komen te staan. Het afwijkende gedrag van de

patiënt kan leiden tot het stuklopen van vriendschappen,

bijvoorbeeld omdat vrienden niet weten hoe er mee om te

gaan. De situatie kan leiden tot sociale isolatie. Het gemis

van de patiënt als liefdespartner en diens steun geeft veel

partners een eenzaam gevoel.

·

·

Verlies van de partner

Door de gedragsveranderingen is

de patiënt niet meer de persoon waarmee partners ooit

een (liefdes)relatie zijn aangegaan. De lusteloosheid, de

agressie, het gebrek aan zelfverzorging en soms het fysieke

geweld zijn enkele redenen waarom partners hun ‘gevoel

van houden van’ kunnen verliezen. Omdat dit gevoel zover

kan gaan dat partners weerstand of zelfs walging voelen,

ervaren zij hierover vaak schuldgevoelens. Zeker als de

zorg voor de patiënt leidt tot sociale isolatie, ontstaat

een ongezonde situatie voor zowel de patiënt als de

partner (zie

Aandachtspunten voor de huisarts, Specifieke aandachtspunten )

.

·

·

Onrust door bewegingsdrang

Patiënten met FTD hebben

een sterke behoefte om te bewegen. De stereotype

bewegingen kunnen binnenshuis tot een onrustige situatie

en irritatie van de huisgenoten leiden. Veel FTD-patiënten

hebben de behoefte omwandelingen te maken, liefst

volgens een vaste route met vaste rituelen. Het is voor

de partner ondoenlijk om altijd mee te gaan, ook omdat

patiënten (zeker bij het ontbreken van ziekte-inzicht) ook

zelfstandig op pad gaan. Het is zoeken naar een evenwicht

om de patiënt hierin te beperken of toch te laten gaan. Bij

deze vorm van dementie is de oriëntatie vaak ongestoord.

Patiënten zullen niet snel verdwalen. Ze komen eerder in

de problemen door bijvoorbeeld roekeloos gedrag in het

verkeer of omdat hun gedrag maatschappelijk niet wordt

begrepen c.q. geaccepteerd.

·

·

Conflicten, criminaliteit en fysiek geweld

Omdat

patiënten door hun gedrag snel in conflict kunnen raken,

geen remming of inzicht hebben en/of roekeloos aan

het verkeer deelnemen, komen ze vaker met de politie

in aanraking (Zie

Aandachtspunten voor de huisarts, Specifieke aandachtspunten

).

8

·

·

Tijdens agressieve ontremming zijn naasten vaak

slachtoffer van fysiek geweld. Het is complex ommelding

(of aangifte) te doen tegen hun naaste, ook door het

besef dat het gedrag door de ziekte wordt veroorzaakt

en niet door de persoon zelf. Toch is het belangrijk dat

de partner/naaste (eventueel met steun van de huisarts

of casemanager) wel melding doet bij Veilig Thuis of de

politie (zie

Aandachtspunten voor de huisarts, Specifieke aandachtspunten )

.

·

·

Financiële problemen

Echtscheidingen of werkproblemen

brengen ook weer nieuwe problemen met zich mee, zoals

financiële problemen. De partner komt zo soms voor

de situatie te staan om, naast de rol van mantelzorger,

ook de rol van kostwinner op zich te nemen. Bovendien

komt het voor dat door de ontremming patiënten

op een onverantwoorde manier het (gezamenlijke)

vermogen uitgeven. Banken werken vanwege privacy- en

rechtsbescherming vaak niet mee om dit te voorkomen

(zie

Aandachtspunten voor de huisarts, Specifieke aandachtspunten )

.

·

·

Overbelasting

De ziektelast ligt bij FTD vooral bij de

partner en/of andere naasten.

Door het gebrek aan ziekte-inzicht mist de partner de

mogelijkheid om te overleggen en samen beslissingen te

nemen. De partners kunnen niet samen optrekken in het

ziekteproces. Ook kan het gebrek aan ziekte-inzicht leiden

tot tegenwerking in het begeleidingsproces (bijvoorbeeld

rond een verpleeghuisopname). Bij apathische patiënten

biedt de onverschilligheid soms ook juist kans op meer

medewerking.

Ook de veelheid aan taken van de partners (mantelzorger,

kostwinnaar, alleenstaande ouder) kan betekenen dat

het moeilijk is tijd vrij te maken om vriendschappen te

onderhouden.