Background Image
Previous Page  10 / 72 Next Page
Information
Show Menu
Previous Page 10 / 72 Next Page
Page Background

Zorgstandaard MD1 2015

10

1.

Inleiding

1.1

Zorgstandaard zeldzame aandoening

Een zorgstandaard geeft vanuit het patiëntenperspectief een functionele beschrijving van de

individuele preventie, diagnostiek en zorg voor een bepaalde chronische aandoening. De

zorgstandaard is gebaseerd op actuele en zo mogelijk wetenschappelijk onderbouwde inzichten.

De zorgstandaard beschrijft niet alleen de inhoud van de zorg, maar ook de (multidisciplinaire)

organisatie van de ketenzorg en de relevante kwaliteitscriteria (CPZ, Zorgstandaarden in model,

2010).

In de zorgstandaard wordt het hele zorgtraject (zorgcontinuüm) beschreven dat een patiënt kan

doorlopen. Dit traject bestaat uit vier fasen, te weten de vroegtijdige onderkenning (fase 1), de

diagnose (fase 2), de behandeling (fase 3) en de psychosociale begeleiding en maatschappelijke

participatie (fase 4) (CPZ, Zorgstandaarden in model, 2010).

Voor deze vier fasen wordt de inhoud alsmede de organisatie van de zorg beschreven. Fase 4,

psychosociale begeleiding en maatschappelijke participatie (fase 4) kan beschouwd worden als

een continu proces en loopt door alle fasen van het zorgtraject heen. Fase 4 is dus geïntegreerd

in de andere fasen.

Op basis van de zorgstandaard kan de zorg rondom de patiënt worden georganiseerd. De

verdeling van taken en verantwoordelijkheden tussen betrokken zorgverleners van verschillende

disciplines kan worden beschreven. Vervolgens kan de zorgverlener in samenspraak met de

patiënt een individueel zorgplan opstellen. Het individuele zorgplan geeft de afspraken weer die

gemaakt zijn over het zorgtraject zodat een passend zorgpakket kan worden afgestemd op de

individuele patiënt. Multidisciplinaire samenwerking en afstemming binnen de zorgketen is daarbij

van belang (CPZ, Zorgstandaarden in model, 2010).

Richtlijn versus Zorgstandaard

Een richtlijn is een op systematische wijze ontwikkeld document, gebaseerd op

wetenschappelijke inzichten (evidence-based) en gebundelde klinische ervaring (practice-based).

De richtlijn is een advies dat het ‘wat, wanneer, wie en waarom’ beschrijft, terwijl de

zorgstandaard zich beperkt tot de beschrijving van de functionele zorg waarbij de wensen van de

patiënt centraal staan. Waar een zorgstandaard de zorg in het algemeen beschrijft, gaat een

klinische richtlijn in detail in op de inhoud van de zorg.

1.2

Zorgstandaard MD1

De 'Multidisciplinaire richtlijn Behandeling en Begeleiding van volwassenen met Myotone

Dystrofie type I' (2012) vormt voor deze zorgstandaard een belangrijke leidraad voor het

beschrijven van de medische zorg. Daar waar mogelijk is de inhoud van deze zorgstandaard

gebaseerd op de richtlijn.

Doel

Het doel van deze zorgstandaard is het bevorderen van optimale zorg voor mensen met myotone

dystrofie type 1 (MD1). De zorgstandaard MD1 beschrijft het volledige zorgtraject voor

volwassen patiënten

en besteedt beperkt aandacht aan kinderen. De zorgstandaard beschrijft

vanuit het patiëntenperspectief waar kwalitatief goede zorg aan moet voldoen. Niet alleen wat

betreft de inhoud, maar ook wat betreft de organisatie ervan. Dit maakt voor alle partijen

inzichtelijk wat zij kunnen en mogen verwachten in het zorgtraject.