Background Image
Table of Contents Table of Contents
Previous Page  76 / 113 Next Page
Information
Show Menu
Previous Page 76 / 113 Next Page
Page Background

76

Ten tijde van de publicatie van deze zorgstandaard is er nog geen officieel EC in Nederland. Per september

2014 is onder regie van de Nederlandse Federatie van Universitaire Medisch Centra (NFU) in samenwerking

met de VSOP de officiële toetsingsprocedure van start gegaan waarbij EC's zowel vanuit medisch als vanuit

patiëntenperspectief getoetst gaan worden.

Uit achterbanraadplegingen onder mensen met NF1 en onder alle UMC’s blijkt dat NF1-zorg in diverse

UMC’s geleverd wordt. Gezien de frequentie van NF1 is dit ook nodig: niet alléén vanwege

capaciteitsproblemen die anno 2014 al in het Erasmus MC bestaan, maar ook vanwege de behoefte aan zorg

in eigen regio (achterbanraadpleging).

De NFVN wil graag naar een zorglandschap van NF1-zorg toe dat beschreven is in het visiedocument van de

NFVN [241]. In het kort:

De NFVN ziet graag dat de zich aangemelde

EC’s

getoetst word(en) aan de geldende criteria voor

EC’s.

Er

behandelcentra

benoemd en erkend worden waar hooggespecialiseerde zorg wordt geboden,

vergelijkbaar met een EC en waar zowel kinderen, adolescenten en volwassenen multidisciplinaire

zorg ontvangen (zi

e 4.1.3 Zorginstellingen )

.

Er diverse

interventiecentra

blijven bestaan, die voldoen aan de criteria van de Inspectie van de

Gezondheidszorg

27

en die een samenwerkingsovereenkomst hebben met het EC(‘s) en BC(‘s).

Interventiecentra leveren symptoomspecifieke zorg.

Huisartsenzorg. De

huisarts

van het individu met NF1 behoort voldoende geïnformeerd te zijn over

het ziektebeeld; is op de hoogte van de aandachtspunten zoals vermeld en beschreven in de

Huisartsenbrochure NF1 [242] en weet waar het EC zich bevindt. Indien een persoon met NF1 onder

controle is bij de huisarts, krijgt hij/zij periodiek (frequentie te beoordelen door EC) controles in het

EC. De huisarts dient op de hoogte te zijn/kennis genomen te hebben van het Individueel Zorgplan

(IzP).

Naast de bovengenoemde specialistische zorgvormen voor NF1, wordt zorg geleverd in de vorm van

lokale basiszorg

. De lokale basiszorg wordt verstrekt in de eigen regio en kan de vorm van

revalidatie- en/of diverse vormen van geestelijke of paramedische zorg aannemen. Het individu of

team dat de lokale basiszorg levert werkt - net als een IVC - samen en rapporteert direct aan het EC

(en BC) die de persoon verwezen heeft. Het EC (of BC) levert specifieke informatie en evt. instructies

m.b.t. NF1.

Op grond van de EUCERD criteria en op grond van de criteria van de Stuurgroep Weesgeneesmiddelen is het

onderstaande lijst met toetsingscriteria van EC’s samengesteld door de

Nederlandse Federatie van

Universitair Medische Centra (

NFU).

27

De IGZ houdt toezicht op de kwaliteit van de geneeskundige zorg die ziekenhuizen, huisartsen, apotheken en andere

zorgaanbieders leveren. De kwaliteit waaraan deze zorg moet voldoen is vastgelegd in onder andere de Kwaliteitswet

zorginstellingen en in normen die verschillende zorgsectoren zelf opstellen in overleg met de inspectie en patiëntenverenigingen

(bron

: www.igz.nl )

.