Background Image
Table of Contents Table of Contents
Previous Page  41 / 79 Next Page
Information
Show Menu
Previous Page 41 / 79 Next Page
Page Background

41

Marshall-Smith Syndroom | 3 Ziektespecifieke zorg

Print

vorige

Inhoud

volgende

der de fysieke gesteldheid en de communicatie over en weer met

direct betrokkenen. Bij kinderen met EMB ligt de focus vaak op

de fysieke problematiek, maar problemen in de sociaal emotio-

nele ontwikkeling spelen ook een belangrijke rol in het dagelijks

leven en bij de verzorging van het kind met EMB

[43]

. Het is van

belang om bij kinderen met EMB goed diagnostisch onderzoek

( {1} [43]

) te doen; juist ook op het sociaal-emotioneel functione-

ren en hieraan benadering en behandeling aan te passen. Wat

betekent dit in de begeleiding en behandeling van kinderen met

het MSS? Kinderen met het MSS vertonen matige en ernstige tot

zeer ernstige achterstanden op het gebied van sociaal-emotione-

le ontwikkeling, cognitie en adaptief functioneren. De kinderen

functioneren vaak op EMB niveau, of net erboven. Een belangrij-

ke voorwaarde voor het zich kunnen ontwikkelen is uiteraard een

stabiele gezondheidstoestand

.

Bij het MSS zijn vooral ademhaling

en voeding van belang voor een stabiele gezondheidstoestand.

Daarnaast is het van belang tijdig en periodiek het niveau en

de ontwikkeling van het sociaal- emotionele, de cognitie en het

adaptief functioneren te bepalen en te evalueren, zodat behande-

lingsplannen op het individuele ontwikkelingsniveau van het kind

kunnen worden afgestemd

( {1} [43]

).

Methoden

De methode Vlaskamp

[42]

biedt een raamwerk voor het individu-

eel begeleidingsplan van elk kind en ook adviezen voor een dag-

programma. Bovendien geeft de concrete invulling via werkdoe-

len de therapeuten, begeleiders en ouders de nodige handvatten

om het kind in zijn ontwikkeling te ondersteunen. De methode

gaat ervan uit dat een kind met ernstige meervoudige beperkin-

gen mogelijkheden heeft om zich te ontwikkelen.

De methode van Timmers-Huigen

[18]

is een theorie voor men-

sen met een beperking geënt op de ontwikkelingsfases van een

kind. De fase waarin een kind zich bevindt, bepaalt hoe het zijn

ervaringen ordent en verwerkt. Bij kinderen met een verstande-

lijke handicap zijn dezelfde fases herkenbaar als bij een kind met

een normale ontwikkeling. De ervaringsordening theorie baseert

zich op de mate waarin en de manier waarop prikkels ervaren wor-

den en geeft vier ordeningswijzen aan die allen samenwerken. Bij

verstoring van informatie uit één van de ordeningen is er reactie

nodig van iemand zelf of van zijn/haar omgeving. In het geval van

een kind met het MSS en EMB is het antwoord uit de omgeving

van ouders en begeleiders van belang. Bij de behandeling van de

achterstanden en alle andere dagelijkse handelingen is het be-

langrijk het ervaringsniveau van de kinderen als basis te gebruiken

van de begeleiding en behandeling.

Communicatie

De kinderen met het MSS uiten zich overwegend vriendelijk en

tonen gelukkig. Er is sprake van wederkerigheid in het contact,

hierdoor is communicatie mogelijk. De zintuiglijke instelling van

de kinderen is een belangrijke ingang voor het stimuleren van

contact en communicatie. Bij de meeste kinderen met het MSS

komt de taalproductie niet goed op gang en leren de kinderen

niet spreken met woorden, maar de kinderen communiceren ech-

ter wel allen non verbaal en met geluiden, zoals wijzen en brab-

beltaal. Voorbeelden hiervan zijn; iets willen hebben door ernaar

H1 H2 H3 H4 H5 H6