22
2.1.2 Aanbevelingen
A.
Een dilemma voor het ambulancepersoneel in de praktijk bij patiënten, waarbij naast
overige (levensbedreigende) letsels ook neurologische uitval aan de orde is, blijkt de
keuze van het ziekenhuis te zijn. Kiest men voor het dichtbij gelegen ziekenhuis of rijdt
men direct naar het traumacentrum? Uitgangspunt is “treat first what kills first”, hetgeen
betekent dat patiënten niet in alle gevallen direct naar een traumacentrum moeten
worden vervoerd, maar naar het dichtstbijzijnde ziekenhuis. Na stabilisatie (Airway,
Breathing, Circulation, Disability en Exposure) aldaar, dient de patiënt automatisch en
direct naar een level 1 traumacentrum te worden vervoerd. In dat verband dient men
ook alert te zijn voor de keuze van het juiste ziekenhuis bij patiënten die uit het
buitenland worden gerepatrieerd.
B.
Met behoud van de wervelkolomimmobilisatie dient de duur dat een patiënt op
wervelplank ligt zo kort mogelijk te worden gehouden i.v.m. het voorkomen van
decubitus.
C.
Naast het gebruik van ambulances kan voor het overbruggen van grotere afstanden
gewezen worden op de inzet van helikopters, niet alleen bedoeld om hulpverleners snel
ter plaatse te brengen, maar ook om patiënten met neurologische uitval snel te
transporteren naar een traumacentrum.
2.2 Ziekenhuis/traumacentrum
2.2.1 Traumatische versus niet-traumatische oorzaak
De entree van mensen met een traumatische dwarslaesie via de ambulancezorg is eenduidiger
dan wanneer andere oorzaken aan de orde zijn. In het geval van een traumatische dwarslaesie
wordt men ten gevolge van een incident plotseling geconfronteerd met de aandoening, terwijl
bij een niet-traumatische ontstaansgrond de dwarslaesie een gevolg is van een onderliggende
aandoening. In het eerste geval is de dwarslaesie te beschouwen als de ‘hoofddiagnose’
10
,
terwijl in het tweede geval een onderliggende primaire aandoening gepaard gaat met een
dreigende of manifeste dwarslaesie. Uitvalverschijnselen kunnen soms een progressief en soms
een sluipend beeld vertonen. Het plotselinge ontstaan van een dwarslaesie kan ook het gevolg
zijn van een complicatie bij een operatie, een bloeding of een vaatafsluiting. Dit betekent dat
diverse medische specialisten en ziekenhuisafdelingen geconfronteerd kunnen worden met
patiënten met een dwarslaesie.
2.2.2 Diagnostiek en behandeling
Het NVDG heeft in 2010 een ziekenhuisprotocol opgesteld om meer eenheid in de behandeling
van dwarslaesiepatiënten in de ziekenhuisfase te bewerkstelligen (zie
)
. Het protocol
streeft een zo praktisch mogelijke aanpak na, waarbij de dwarslaesie in verschillende niveaus
wordt onderverdeeld. Bij elk niveau horen bepaalde behandeladviezen.
Ten behoeve van een juiste communicatie rondom de dwarslaesiepatiënt wordt door clinici bij
de beoordeling van het neurologische beeld gebruik gemaakt van de ‘International Standards
for Neurological Classification of Spinal Cord Injury’ (ISNSCI) opgesteld door de American Spinal
Injury Association (ASIA). Hiertoe is een specifiek formulier opgesteld ten behoeve van het
10
In sommige gevallen geregistreerd als multitrauma.
1...,13,14,15,16,17,18,19,20,21,22 24,25,26,27,28,29,30,31,32,33,...87