39
6.1.2 Psychosociale en ondersteunende activiteiten in de behandelfase van neonaat / zuigeling
Patiënt / Zorgvrager
Psychosociale en ondersteunende zorgactiviteiten in de
behandelfase
Ouders /directe naasten van neonaat
/zuigeling met spanningsklachten
Ouders / directe naasten met indicatie
(disstress)
•
Stel vast of er sprake is van overmatige
spanningsklachten en noodzaak tot psychosociale zorg.
•
In geval van overmatige spanningsklachten: verwijs de
betrokken naaste(n) door voor passende psychosociale
ondersteuning.
Alle ouders van neonaat /zuigeling
•
Biedt hulp bij het maken van keuzes in
behandelmogelijkheden die na de diagnose tot de
opties behoren.
Alle ouders van neonaat /zuigeling
•
Bespreek de gevolgen van diagnose voor familieleden
(erfelijkheid).
•
Bespreek het informeren van familieleden door ouders
van neonaat/zuigeling en eventuele benodigde hulp
hierbij.
Ouder met NS in familiegeschiedenis
met mogelijk (nieuwe) kinderwens
•
Bespreek de gevolgen voor een eventuele (nieuwe)
zwangerschap van de ouders. Geef algemene
erfelijkheidsvoorlichting (zie thema genetica:
6.1.3 Voorlichtings- en communicatieactiviteiten in de behandelfase van neonaat/zuigeling
Voorlichtings- en communicatieactiviteiten in de behandelfase van neonaat/zuigeling
•
Geef uitleg over wat verwacht kan worden in het individuele geval van deze patiënt (aard, ernst, duur
en mogelijk beloop van de aandoening).
•
Geef uitleg over welke stappen in het zorgproces er nu genomen kunnen worden, inclusief hulp bij
eventueel te maken keuzes (behandelmogelijkheden).